De ontruiming van bezette universiteitsgebouwen gaat onverminderd door. Gisteren kwam zo een einde aan de bezetting op de Franstalige universiteit, ULB in Brussel. Patrick Humblet analiseert hoe een arrest van het Hof van Beroep heeft geleid tot de eerste uitdrijving van de studenten in het UFO-gebouw van de UGent.
____________________________________________________________________________________________________________________
Er werd hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg Gent van 7 juni 2024 waarbij het verzoek om uitdrijving van de studenten in het UFO-gebouw van de UGent werd geweigerd. Het Hof van Beroep is in een arrest van 13 juni wel op de vraag ingegaan. De eerste rechter werd niet afgevallen, maar er werd rekening gehouden met het feit dat de situatie ten velde was gewijzigd.
Het arrest betreft uiteraard een aantal elementen m.b.t. de specifieke situatie die in andere media ook al aan bod zijn gekomen zodat we hier niet op ingaan (zie daarvoor het artikel van Helenka Spanjer : https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2024/06/14/studenten-ugent-gechoqueerd-leugens-en-racistische-profilering-in-goedgekeurd-verzoekschrift-tot-ontruiming/). Het bevat wel één punt dat van belang kan zijn voor stakingsposten.
Het Hof beveelt alle personen binnen de twaalf uren na de betekening door de gerechtsdeurwaarder het UFO-gebouw te ontruimen en alle constructies te verwijderen.
Aan stakingsposten wordt in de regel een bevelschrift overhandigd en dan wordt de identiteit gecontroleerd. Omdat meestal een dwangsom wordt uitgesproken, hebben de actievoerders geen keuze; ze moeten opkrassen. Zij hebben daarna nog wel de mogelijkheid om derdenverzet te plegen. Dit betekent dat een uitspraak kan worden aangevochten door iemand die niet bij de procedure zelf was betrokken en dus niet de mogelijkheid heeft gehad om zijn/haar argumenten uiteen te zetten.
Het arrest van het Hof van Beroep stelt dat, indien geen betekening aan een persoon kan gebeuren, de aanwezigen moeten vertrekken binnen de twaalf uur “na de aanplakking door de gerechtsdeurwaarder van een voor eensluidend verklaarde kopie van het arrest op een zichtbare plaats in de foyer van het Ufo-gebouw”. Het volstaat dus dat de deurwaarder ergens de tekst van het arrest uithangt opdat de bezetters worden geacht hiervan kennis te hebben genomen. Dit zou wel eens school kunnen maken. De deurwaarder gaat niet meer iedereen persoonlijk een bevelschrift overhandigen – de actievoerders zullen immers “gevaarlijk” zijn - maar zal zich beperken tot het aanplakken van een muurkrant.
Tot slot toch nog één bemerking over de faux pas waarover in de pers nogal wat commotie is geweest. Het Hof stelt: “Wat opvalt is dat er tegen de avond mannen met baarden van Palestijnse origine in het gebouw komen. Deze geven instructies aan de studenten. Het zijn ook deze mensen die vermoedelijk voor de paletten hebben gezorgd. Volgens de bewakingsagent lijkt het erop dat deze mannen de touwtjes in handen hebben. Ze komen met hun familie in het gebouw overnachten (met vrouw en kinderen). De vrouwen zouden voor het eten zorgen”.
Hoe kan men zien dat iemand “van Palestijnse origine” is? En waarom maakt het dragen van een baard iemand verdacht? Hoewel…
Door middel van een circulaire van 20 maart 1852 vroeg de minister van nationale opvoeding van keizer Napoleon III, Hyppolite Fortoul, dat de rectoren zouden verbieden aan de professoren om hun baard zouden laten groeien; dit zou immers kunnen wijzen op een sympathie voor de republiek (die door een staatsgreep was afgeschaft). Dezelfde minister voerde ook het verplichte uniform in voor de leerkrachten. Een ideetje voor de volgende regering?