Een onderzoek van het Brusselse dagblad Le Soir bracht een groot corruptieschandaal aan het licht waarbij syndicalisten in hoge posities en politici van linkse partijen betrokken zijn. In aanloop naar het wereldkampioenschap voetbal van 2022 zouden zij geld hebben ontvangen in ruil voor het verdedigen van het imago van Qatar.
De leiders van deze schimmige deals zijn vermoedelijk het Griekse parlementslid Eva Kaili (PASOK), haar partner, een parlementair medewerker en twee andere politici: een Belgische socialist, Marc Tarabella, en een voormalig parlementslid (en voormalig CGIL-bureaucraat) Antonio Panzeri. Hoge vakbondsfunctionaris Luca Visentini, jarenlang secretaris-generaal van het Europees Verbond van Vakverenigingen (ITUC), werd ook gearresteerd en later vrijgelaten. Hij wordt ervan verdacht geld te hebben ontvangen van een NGO om zijn campagne als voorzitter van het belangrijkste vakverbond te financieren.
Het wereldkampioenschap voetbal in Qatar werd een bron van controverse vanwege de slechte arbeidsomstandigheden van de miljoenen gastarbeiders die de faciliteiten voor het voetbalevenement hebben gebouwd. De meeste arbeidersorganisaties hekelden zowel de corruptie van de FIFA als de omstandigheden waarin de plaatselijke arbeiders werden vastgehouden.
Maar enkele maanden geleden veranderde de toon plotseling: na een cosmetische hervorming van de arbeidswetgeving in Qatar begon de top van het ITUC, gesteund door de secretaris-generaal van het EVV (Europees Verbond van Vakverenigingen), de Arabische autocratie voor te stellen als een model voor de verbetering van de arbeidsomstandigheden. De belofte om twee of drie arbeidsconventies van de Internationale Arbeidsorganisatie te ondertekenen, zonder dat er sprake is van concrete resultaten, leek voldoende.
Het corruptienetwerk met de betrokkenheid van de huidige secretaris-generaal van de ITUC toont nu aan hoe die verschuiving er echt is gekomen.
Niet meer dan een rotte appel?
Het gaat hier niet zozeer om de omvang van Luca Visentini's betrokkenheid bij het corruptieschandaal in Qatar, maar vooral om de vraag hoe een organisatie die de rechten van werkers moet verdedigen, zo'n figuur kan verkiezen. Sommigen zouden zeggen dat dit misschien gewoon een rotte appel is. Het echte probleem is dat de leiding van de vakbondsbureaucratie een mand vol rotte appels is.
Zo ontving de Estse vakbondsvrouw Lina Carr, die bij het EVV samenwerkte met Visentini, tussen januari 2015 en mei 2019 meer dan 46.000 euro aan vergoedingen voor 160 commissievergaderingen in Brussel. Ze beweerde dit geld te hebben gebruikt om de kosten van haar eigen flat in Brussel en andere ongedefinieerde uitgaven die als legitiem werden omschreven, te helpen dekken. Het probleem is dat ze al een hoog salaris ontving als secretaris van het Europees Verbond van Vakverenigingen (EVV). Ze kreeg dus geld om vergaderingen op een paar honderd meter van haar kantoor bij te wonen, terwijl ze duizenden euro's per maand loon kreeg om diezelfde vergaderingen bij te wonen! En natuurlijk werd dit geld niet gebruikt om het mobilisatievermogen van de Estse vakbeweging om op te krikken.
Ondanks dit schandaal van drie jaar geleden is mevrouw Carr kandidaat voor de post van adjunct-secretaris-generaal van het EVV op het volgende congres in Berlijn, en voor de andere vakbondsleiders lijkt dit geen probleem te zijn.
In de afgelopen decennia is er nauwelijks een land waar de vakbondsleiding niet in opspraak is gekomen: in Spanje vanwege de rol van vakbonden bij geplande ontslagen (ERE) in Frankrijk wanneer algemene secretarissen hun kantoren verbouwen door er wijnkelders als onkosten aan toe te voegen. In de VS zijn de meeste leiders van de Automotive Workers Union in de gevangenis zijn beland. Zelfs de beroemde Scandinavische bonden hebben hun voorzitters zien aftreden wegens misbruik van middelen en de lijst is nog veel langer.
Terwijl zij "de rechten van werknemers verdedigen", worden deze mensen nog steeds betaald door openbare instellingen en vragen zij meer "sociale dialoog". Voor hen betekent dit meer goedbetaalde vergaderingen met hoge dagvergoedingen en meer pogingen om tot overeenkomsten te komen zonder enige directe betrokkenheid of strijd van de werknemers.
Een strijdbare leiding
Veel eerlijke vakbondsleden hebben in de pers gelezen dat hun onlangs gekozen leider gevangen is gezet wegens corruptie. Zij denken misschien dat dit een complot is van de bazen om het imago van de vakbonden te ondermijnen, wat gebruikelijk is. Helaas hebben ze het mis. Dit is geen aanval op de vakbeweging door een externe vijand, maar door een gekozen leider die misbruik heeft gemaakt van zijn positie en de medeplichtigheid van de gelijkgezinde vakbondsbureaucratie. Geld aannemen van Qatar (of van een NGO die illegaal voor Qatar wordt gefinancierd) is niet veel anders dan geld aannemen van een willekeurige multinational met de belofte niet te staken en een vakbond te mogen organiseren. Het volgt dezelfde logica van sociaal partnerschap.
Zolang de vakbondsleiding de klassenstrijd en de strijd voor het socialisme uit haar analyse laat vallen, is dit gedrag onvermijdelijk. Als je het economische systeem dat de problemen van miljoenen mensen en vooral van de arbeidersklasse in de wereld veroorzaakt, niet kunt vernietigen, is het logisch om de gevolgen ervan te minimaliseren door het vriendelijk te vragen aan de verantwoordelijken. Daarvoor moet je aan dezelfde tafel zitten en geaccepteerd worden als een van hen en dat vereist mooie kleren, horloges en een oefening in mimiek.
De arbeidersklasse heeft geen behoefte aan bloedzuigers die leven van haar inspanningen en strijd. Zij heeft een vastberaden leiderschap nodig dat zich inzet voor haar belangen en het systeem dat haar kwalen veroorzaakt wil vernietigen. Daarvoor heeft zij een nieuwe laag van radicale leiders nodig die willen vechten tegen hun bazen en het systeem. Wat we bij Amazon hebben gezien is een voorbeeld van hoe nieuwe vakbondsleden zichzelf en anderen kunnen organiseren.
De tijd is gekomen om de vakbondsboekhouding open te stellen voor de leden en tegelijkertijd een strikte democratische controle op de vakbondsorganisaties in te voeren. Daarvoor is het nodig dat de linkerzijde binnen de vakbond zich structureel organiseert om ook binnen de structuren van de vakbondsorganisaties de strijd aan te gaan. De komende gevechten vereisen een nieuwe generatie strijdende vakbondsmensen!