Congressen van de SP.a waren de laatste jaren zeer voorspelbare gebeurtenissen. Het recentste Ideologische Congres gewijd aan de opstelling van een sociaal-economische beginselverklaring ontsnapte eigenlijk aan deze slechte traditie. Trendbreuk of ongevalletje in een goed geoliede machine?

Eén ding is zeker: toevallig was het niet. De verdienste ligt in hoofdzaak bij de werking van de afdelingen die vijfhonderd amendementen indienden. Ook de activiteit van de linkse socialistische stroming SP.a Rood liet zijn sporen na in het debat. Zij brachten het congres tot leven. Het resultaat is dat verschillende amendementen van SP.a Rood ook werden goedgekeurd. Een amendement dat zelfs niet in de uiteindelijke beginselverklaring verschijnt – over arbeiders in het parlement – haalde de nationale media! Dit is nieuw. Machiavellistische geesten kunnen hier opgezet spel van de top zien. Het is juist dat de partijtop na de zware aanvaring met haar vakbondsbasis rond het Generatiepact haar linkerflank wil dekken. De hete adem van de twee algemene stakingen van 2005 voelt de partijtop nog steeds in haar nek. Maar de ruimte die SP.a Rood heeft ingenomen, heeft ze in de eerste plaats te danken aan haar eigen activiteit en de steun van een gedeelte van de achterban. Met andere woorden, SP.a Rood heeft op eigen kracht aan soortelijk gewicht gewonnen.

Arbeiders in het parlement… en ook hun eisen!

Is dit voldoende? Natuurlijk niet. De betwiste zaken met de vakbond, de arbeiders- en volksbasis van de SP.a-top zijn nog talrijk. Neem bijvoorbeeld de regionalisering van de sociale zekerheid. Hier staan ABVV en ACV loodrecht tegenover het standpunt van Johan Vande Lanotte. Socialistische arbeiders in het parlement? Zeer goed. “Maar dat is onvoldoende om de breuk tussen partij en arbeiders te lijmen”, zegt Karel Gacoms, voorzitter van het ABVV Vlaams Brabant.

In een opiniestuk dat in De Standaard verscheen, schrijft SP.a Rood over de ‘arbeidersdraai’ van de SP.a: “Het amendement moet uiteraard worden gelezen in samenhang met een reeks andere – eveneens goedgekeurde – SP.a Rood amendementen over interne partijdemocratie, de relatie tussen partijtop en -basis, en het verband tussen armoede en het economische bestel (nog zo’n topper in de berichtgeving). Doe je dat niet dan ontaardt zo’n arbeidersdraai al snel in het omgekeerde van wat hij beoogt: als we nog eens een Generatiepact moeten doorduwen, laat het dan verdedigen door onze arbeidersparlementairen. En wel liefst door een arbeider die het meest aan onze stereotiepe verwachtingen voldoet. Bijvoorbeeld één die in een grote autofabriek werkt."

Het gewicht van de linkerzijde ware nog groter geweest, indien het ABVV bewust had deelgenomen aan dit congres, iets wat perfect mogelijk was. Nu is het SP.a Rood –waaronder talrijke vakbondsmilitanten – die de kastanjes uit het vuur is gaan halen. Op haar eentje. De prijs die daarvoor betaald wordt, is dat de linkerzijde in de partij het veel te vrijblijvende gelijke-kansen-discours en het totaal misplaatste vertrouwen in de ‘Lissabonstrategie’ op dit congres niet van tafel kon vegen. SP.a Rood kwam wat dat betreft niet verder dan enkele kritische interventies. Volgende keer moet de vakbond samen de strijd aangaan binnen de partij.

Sociaal progressieve projecten: het voorbeeld van Deurne

Een ander belangrijk voorstel dat in de aanloop van dit congres gelanceerd werd door de partijtop samen met Spirit is het idee van ‘sociaal progressieve projectlijsten’. Het is de bedoeling dat ‘oude’ en ‘nieuwe’ sociale bewegingen samen in de partij vorm geven aan het programma en aan de kandidatenlijsten. Dit project kan verschillende richtingen ingaan. Voor de partijbasis is het echter een gelegenheid die met beide handen moet gegrepen worden. Indien dit project een inhoud krijgt zoals in Deurne, dan zijn we hiermee akkoord. In dit Antwerpse district besliste de SP.a-afdeling, onder impuls van militanten van SP.a Rood, bruggen met vier wijkcomités te slaan. Niet alleen legde de partij daar haar oor te luisteren. Belangrijker is dat ze de eisen tegen de sluiting van een postkantoor heeft overgenomen. Op deze manier wordt de SP.a weer de spreekbuis van de ‘arbeidersklasse’ in de brede zin van het woord: loontrekkenden, gepensioneerden, sociale steuntrekkers, kleine zelfstandigen.

Dit mondde uit in een zeer geslaagde actiezeer geslaagde actie samen met Groen!, PVDA+ en de plaatselijke gebruikers van het postkantoor. Elke SP.a-afdeling zou zo’n activiteit kunnen organiseren. Verder bouwend op het verzet tegen de sluiting van de plaatselijke postkantoren zou de SP.a zich nu ook met hand en tand moeten verzetten tegen de verdere privatisering van de Post, en niet alleen dat. Alle privatiseringen moeten teruggedraaid worden. Zulke campagne zou de SP.a weer op de kaart plaatsen onder de gewone mensen. Het gevolg daarvan zou natuurlijk zijn dat de SP.a aan ‘respectabiliteit’ zou inboeten bij de roofvogels die de multinationals en financiële instellingen zijn.

Indien de sociaal progressieve projectlijsten echter betekenen dat de SP.a haar natuurlijke sociale achterban, namelijk de gewone mensen en de vakbonden, wil verdrinken in een zee van trendy ‘verenigingen’ en ngo’s, dan tekenen wij hier niet voor in. Zeker als deze verenigingen brave amendementen kunnen indienen die even braaf worden goedgekeurd door het congres, met de zegen van de partijtop.

Naar een echt socialistisch programma

Moet de partij dan de deur gesloten houden voor het verenigingsleven of organisaties buiten de vakbond? Zeker niet. SP.a Rood leverde het bewijs tijdens het recentste congres. Dankzij de tussenkomst van SP.a Rood kregen de mensen zonder papieren van de UDEP het woord op het congres. Werden hun eisen echter overgenomen? Eigenlijk is het beschamend voor de SP.a dat het de Vlaams-nationalistische soft liberalen van Spirit zijn die de eis voor een nieuwe algemene regularisatie op de agenda plaatsen van de volgende regeringsonderhandelingen.

Het sociaal progressieve project dient ook een nieuwe kans te bieden in de richting van christelijke arbeidersbeweging. Niet door te praten over kruisbeelden, missen en religie maar door de kampioen te worden van de sociaal-economische eisen van het ACV.

Fundamenteel is er evenwel nood aan een echt socialistisch programma. De amendemententen van SP.a Rood ten spijt beantwoordt de beginselverklaring niet aan deze verwachting. Hoe komen we aan zo’n programma? Vooreerst moeten de partijafdelingen een sociaal-economische en culturele inventaris maken van wat er ontbreekt en verbeterd kan worden in de wijken, bedrijven en scholen. Dit gebeurt best hand in hand met wijkcomités, vakbonden, jongerenorganisaties. Deze eisen moeten dan gegoten worden in een nationaal programma. Onmiddellijk zullen veel van deze eisen botsen op zogezegde financiële hindernissen. “Hier is geen geld voor”, zal de rechterzijde zeggen. Te veel leiders in de SP.a herhalen dit. Voor ons is een socialistische politiek echter niet “de kunst van het mogelijke” zoals op de universiteiten wordt aangeleerd. Neen, een socialistische politiek heeft tot doel morgen mogelijk te maken wat vandaag of gisteren onmogelijk leek. Dit kan enkel gebeuren door massastrijd (betogingen, stakingen enz.) en door in te gaan tegen de belangen van de rijke klassen van bedrijfsleiders, financiële instellingen en multinationals. Hun weerstand tegen onze rechtvaardige eisen kunnen we enkel breken door de nationalisatie van de belangrijkste hefbomen van de economie onder democratische arbeiderscontrole.

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 322 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken