Over de hele wereld staat de onderdrukking van vrouwen centraal. Vandaag – Internationale Vrouwendag – zijn er in verschillende landen stakingen en vele anderen demonstraties, marsen en publieke bijeenkomsten.

Er zijn in de laatste jaren gigantische bewegingen geweest voor vrouwenrechten: toen Trump werd ingehuldigd, in Polen tegen strengere abortuswetgeving, de beweging tegen geweld tegen vrouwen in Argentinië en Mexico, en vele anderen. We hebben ook gezien hoe de reactionaire ideeën van de Katholieke Kerk over het homohuwelijk zijn verslagen in Ierland. Dit zijn allemaal signalen van de radicalisering in de samenleving. Arbeiders, en vooral jongeren, beginnen in beweging te komen om de samenleving te veranderen en actie te voeren tegen elke vorm van discriminatie en onderdrukking.

De kapitalistische crisis heeft serieuze effecten op de leefomstandigheden van vrouwen gehad. In alle landen hebben de overheden systematisch gesneden in de sociale voorzieningen zoals kinderopvang, verzorgingstehuizen, etc. Hierdoor is de druk op vrouwen, die traditioneel de verantwoordelijkheid dragen om voor de kinderen, ouderen en zieken te zorgen, gestegen. Inkomens, die in het algemeen al lager liggen voor vrouwen, zijn gedaald. Al deze zaken: ontslagen, onzeker werk, etc., zorgen voor verslechterde leefomstandigheden en groeiende onzekerheid voor alle werkers, de vrouwelijke nog het meest. Dit zorgt ervoor dat vrouwen het moeilijker hebben om financieel onafhankelijk te zijn en zo ook moeilijker emotioneel of fysiek gewelddadige relaties kunnen verlaten.

De problemen die vrouwen meemaken zijn niet “gewoon” van materiële aard. Onderdrukking zit ingebakken in het rechtssysteem waar vrouwen moeten strijden tegen bv. abortuswetgevingen, en waar in het algemeen vrouwen en andere onderdrukte groepen niet als gelijken worden behandeld.

De onderdrukking van de vrouw wordt versterkt door de heersende klasse door middel van ideologie, massamedia, onderwijs, etc.

Er is ook de kwestie van fysiek en seksueel geweld tegenover vrouwen. In Pakistan worden meisjes verkracht en vrouwen vermoord in 'eermoorden'. In de Verenigde Staten zullen 1 op 6 vrouwen het slachtoffer zijn van een poging tot of geslaagde verkrachting in hun leven, dit terwijl 99% van alle verkrachters vrijuit gaan.

Dit zijn problemen waar vrouwen tegen strijden. Over de hele wereld zijn vrouwen – en mannen – de straat opgegaan om te vechten tegen onderdrukking, onverdraagzaamheid en seksisme. Dit is enorm positief en reflecteert een ontwaking en radicalisering. Nu is de vraag: Hoe strijden we het best tegen onderdrukking en ongelijkheid?

De IMT steunt alle eisen voor gelijkheid. We bestrijden de onderdrukking van vrouwen en alle andere onderdrukte groepen. Voor ons kan de strijd voor de bevrijding van de vrouw echter niet losstaan van de strijd tegen het kapitalisme, aangezien onderdrukking een inherent deel is van de klassensamenleving en daarom alleen bestreden kan worden als deel van een algemene klassenstrijd.

Het was de Socialistische Internationale die 8 maart als Internationale Vrouwendag uitriep in 1910 – een dag voor de eisen van vrouwelijke arbeiders. Op dat moment was één van de kwesties het stemrecht voor vrouwen. De vrouwen van de bourgeoisie en middenklasse, die de vrouwenbeweging leidden op dat moment, zagen de strijd voor het vrouwenstemrecht als een doel op zich, terwijl de arbeidersbeweging het zag als een middel om te vechten voor echte gelijkheid en bevrijding van alle vrouwen. Dit is waarom de eerste organisatoren van Vrouwendag erop stonden het Werkende Vrouwendag te noemen.
Voor de vrouwen van de hogere klassen was het gevecht voor gelijkheid een gevecht om te delen in de privileges met de mannen van hun klasse: het recht om rechters, dokters, eerste ministers en CEO's te zijn. Natuurlijk verdedigen we al deze rechten, maar we weten maar al te goed dat dit niets verandert in de levens van de grote meerderheid van de vrouwen. Thatcher in Groot-Britainnië en Angela Merkel in Duitsland hebben niets gedaan aan de onderdrukking van vrouwen – eerder het omgekeerde. Net zoals het presidentschap van Hillary Clinton niets zou hebben verbeterd voor de vrouwen in de VS, en al helemaal niet voor de vrouwen in landen onderhevig aan de imperialistische interventies en oorlogen die Amerika voert.

De carrières van vrouwelijke politici, CEO's en academici zijn gebaseerd op het laagbetaalde werk van andere vrouwen die koken, poetsen en hun kinderen voor hun opvoeden. De vrouwen van de elite zijn helemaal voor gelijkheid, tot het moment dat je eist dat er normale werkomstandigheden en een degelijk loon moeten komen voor de laagbetaalde vrouwen die hun carrières mogelijk maken!

Er is veel vooruitgang geboekt sinds de eerste Vrouwendag in 1910. In veel landen hebben vrouwen het stem- en onderwijsrecht, er zijn wetten tegen geweld tegen vrouwen en in veel landen zijn er wetten die gelijk loon vrijwaren, maar toch is er geen echte gelijkheid. Zelfs in landen met volledige gelijkheid voor de wet zien we nog steeds dat vrouwen worden onderdrukt en dat vrouwen minder betaald worden dan mannen. Formele gelijkheid zorgt er niet voor dat de wortels van het probleem uitgetrokken worden. De wortels van onderdrukking zitten in de klassensamenleving, net zoals mishandeling, geweld, seksisme en onverdraagzaamheid.

Het kapitalisme is een systeem dat gebaseerd is op de uitbuiting van de werkende klasse. Een kleine groep aan de top wordt rijk door het onbetaalde werk van de arbeiders en de enige manier waarop deze kliek aan de macht kan blijven is door de tactiek van verdeel en heers. Ze verdelen ons op basis van nationaliteit, religie, seksuele oriëntatie, gender en al het andere dat ze kunnen verzinnen. Door de media doen ze er alles aan om haat en chauvinisme te zaaien. De enige manier om dit te stoppen is door eenheid van de werkende klasse en klassenstrijd: demonstraties, stakingen en massamobilisaties.

Het kapitalisme is een doodlopende weg. Het biedt ons geen weg voorwaarts. Vandaag de dag bezitten 8 mensen evenveel rijkdom als de armste helft van de wereldbevolking. Het probleem is niet dat deze super-rijken mannen zijn – het probleem is het systeem dat die rijkdom in alsmaar minder handen legt, terwijl alle anderen armer worden.

De impasse in de samenleving is een zeer wijdverspreide boosheid en frustratie aan het produceren. In het ene land na het andere zien we de arbeiders en jongeren de straat opgaan, maar deze protesten zijn van een andere aard dan in het verleden. Tijdens de naoorlogse economische opgang kon het systeem hervormingen doorvoeren en de sociale zekerheid uitbreiden. Vandaag staan positieve hervormingen nergens op de agenda.

Dit alles begint door te dringen bij de bevolking, niet op een duidelijk geformuleerde manier, maar met een algemeen gevoel van de onmogelijkheid om te leven binnen de grenzen van de huidige samenleving. Deze protesten stellen niet alleen eisen omtrent concrete zaken maar ook omtrent het recht tot eerbied en respect - zoals we zagen tijdens de Arabische Lente, waar vrouwen een beduidende rol speelden in de strijd voor de omverwerping van Mubarak en binnen die strijd ook de verhoudingen tussen mannen en vrouwen veranderden.

Het is zeker een teken van verandering wanneer de meest onderdrukte lagen van de bevolking, zoals vrouwen, beginnen te bewegen en in de voorhoede van de strijd komen te staan. De kapitalistische crisis ondermijnt de oude stabiliteit; de samenleving brokkelt af en hiermee degradeert de cultuur. De heersende klasse klampt zich verkrampt vast aan haar macht en steunt meer en meer op seksisme, racisme en andere verdelende giffen. Het kapitalisme zal echter niet vanzelf verdwijnen. Het moet omvergeworpen worden door socialistische revolutie.

Een socialistische revolutie zou een democratisch geplande economie introduceren die de materiële basis kan leggen voor het einde van alle ongelijkheid en onderdrukking. In een geplande economie zou alle rijkdom die gecreëerd wordt in dienst staan van de 99%. Werkuren zouden meteen verminderd kunnen worden om zo alle mensen de kans te geven om op een echt democratische manier de samenleving te besturen. De sociale zekerheid zou haar budget zelfs kunnen uitbreiden en er zou onderzoek en financiering gaan naar manieren om het huishouden te verlichten, zoals crèches, gezondheidszorg, onderwijs, gemeenschappelijke eethuizen met goedkoop en hoge kwaliteit voedsel, gemeenschappelijke schoonmaakdiensten, etc.

Dit zou de materiële basis leggen voor mannen en vrouwen om echt vrij te zijn hun potentieel als mensen na te streven, zonder de constante sleur van de huidige samenleving. Wanneer de materiële basis voor ongelijkheid en onderdrukking verwijderd wordt, dan zullen seksisme en alle andere vormen van onderdrukking voorgoed verdwijnen.

De strijd voor vrouwenrechten, de strijd voor gelijkheid, is een strijd voor de bevrijding van de gehele mensheid, een strijd voor socialisme!