Een korte terugblik

De problemen begonnen eigenlijk al vorig jaar met het nieuwe decreet op het basisonderwijs. In dit decreet werd een verschuiving van middelen uit het basisonderwijs van het gemeenschapsonderwijs naar andere netten (gemeentelijk en vrij basisonderwijs) voorzien. De ARGO, die het gemeenschapsonderwijs inricht, verloor maar liefst 877 miljoen frank aan middelen. Een al te groot verlies van werkingsmiddelen voor de ARGO lag politiek erg moeilijk. Er werd geprobeerd dit op te lossen met het zogenaamde "polderakkoord", dat vanaf 2007 extra geld voor het basisonderwijs zou geven, geld dat door automatisering van de administratie van het secundair vrij zou komen. Na een chaotisch debat in het Vlaams parlement bleek uiteindelijk dat de ARGO opnieuw de dupe zou zijn. Op tien jaar tijd bleek de ARGO een miljard te verliezen… Een politieke crisis dreigde, SP-voorzitter Tobback kwam zich op televisie kwaad maken, kortom, er waren nieuwe initiatieven nodig om te voorkomen dat de Vlaamse regering zou ontsporen. Dit resulteerde in het zogenaamde Tivoli-akkoord, dat meer geld aan het basisonderwijs zou geven door te snoeien in het secundair; vanaf 2001 zou ook de Vlaamse regering een deel bijleggen. Het Tivoli-akkoord schoot bij de vakbonden in het verkeerde keelgat. Het secundair zou 1600 leden van het omkaderingspersoneel verliezen, tal van scholen zou moeten sluiten, richtingen zouden verdwijnen. De vakbonden reageerden met provinciale en nationale betogingen en kondigden een nationale staking aan. Die staking kwam er uiteindelijk niet, de vakbonden begonnen nieuwe onderhandelingen, die uiteindelijk tot een voorakkoord over de rationalisatie van het secundair onderwijs leidden.

Wie is er akkoord met het akkoord?

De vakbonden lopen alvast niet over van enthousiasme. Er zijn dan ook gegronde redenen tot wantrouwen. De benoemingsstop wordt vervangen door het vervroegd met pensioen sturen van personeel. De koers van vermindering van het aantal leerkrachten wordt dus aangehouden, de vakbonden schatten dat er 2.000 banen verloren zullen gaan. Terwijl in het Tivoli-akkoord het secundair 1,8 miljard moest ophoesten om meer geld aan het basisonderwijs te kunnen geven, zou dit in het nieuwe akkoord niet het geval zijn. Waar komen de centen dan wel vandaan? Begrotingsminister Demeester spreekt duidelijke taal: uit de algemene begroting in elk geval niet. Van den Bossche kan dus nog steeds op zoek gaan naar 1,8 miljard. Hoewel niet uit te sluiten valt dat andere onderwijsvormen hiervoor zullen moeten opdraaien, zien we toch een gedeeltelijk misleidende beweging. De rationalisatie van het secundair betekent hoe dan ook een besparing naar de toekomst toe. Het bereikte akkoord laat enorme onduidelijkheid, niet in de laatste plaats over waar die 1,8 miljard nu gehaald zullen worden, maar ook over wat de gevolgen van de "rationalisatie" zijn voor het secundair. Eens de minister hierover klare taal begint te spreken zou dit wel eens tot nieuwe golven van protest kunnen leiden…

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 322 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken