affichefilmJe suis Robin des Bois. Je rends les riches plus riche et les pauvres plus pauvre.

Dit is de conclusie van de nieuwe film van de Grieks-Franse cineast Costa-Gavras. Net als zijn vroegere films staat Le Capital met twee voeten in haar samenleving. Het reilen en zeilen binnen de hoogste kringen van de Franse haute finance wordt op ironische wijze blootgelegd.

Hoewel je als toeschouwer niet rond het statement van de film heen kunt, is het allerminst een twee uur-durende, onbegrijpelijke praatbarak geworden, zoals David Cronenberghs Cosmopolis (2012) eerder dit jaar dat wel was. Le Capital is geen verfilming van Marx' boek geworden, maar wel een strak geregisseerd, humoristisch en waarheidsgetrouw (1) portret van hoe een kapitalistisch bedrijf anno 2012 beheerd wordt en welke mensen dat doen.

In het maken van meeslepende cinema, waar het statement toch voorop gesteld wordt, is Costa-Gavras een meester. In Mad City (1997) klaagt hij de op sensatie beluste media aan, die in hun zoektocht naar sensationeel nieuws mensen tot steeds dramatischere daden pusht. Le Couperet (2005) concretiseert de moordende concurrentie op de arbeidsmarkt. In Eden à L'Ouest (2009) vertaalt Costa-Gavras de Illias naar de anonieme vluchteling op weg naar Europees geluk. Zo past ook zijn nieuwste film ideaal in dit rijtje.

Het verhaal volgt Marc Tourneuil, een koele bankier die na een jarenlange promotiemars eindelijk de kans krijgt om CEO te worden. Voor hij goed en wel op zijn nieuw bureau geïnstalleerd is, wordt hij meegesleept in de kapitalistische concurrentiestrijd: concurrenten die elkaar op om het even welke manier uit de markt willen concurreren, aandeelhouders op zoek naar een hogere rendabiliteit van hun investeringen en niet in het minst de methodiek achter massale ontslagen (met hilarische knipoog naar Mao's “Culturele Revolutie”). Het geheel wordt in beeld gebracht als een beklijvende thriller.

De film ontmaskert op onweerlegbare wijze het hele discours van de investeerder die door het streven naar eigenbelang de samenleving dient. Na twee uur kijktijd, is het duidelijk wie de wereld bestuurt en wie er verantwoordelijk is voor de crisis. Eindelijk krijgen we de geldwolven te zien dat het abstracte “markt”-discours tracht te verbergen. Kortom Le Capital vertaalt de lessen die we na 4 jaar crisis en depressie geleerd hebben, naar het witte doek.

Al is de boodschap van de film overduidelijk, in deze aanklacht blijven er wel nog enkele voorbijgestreefde ideeën voortbestaan. Zo ligt de focus op de financiële sector en blijft de kritiek hierop beperkt. Er wordt ook vaak met heimwee (of is het net ironie?) teruggedacht aan het “goede oude Franse moreel bankieren”. Zou dat misschien een toegeving zijn aan het investeringskapitaal om de film te financieren...?

Maar naast deze (niet onbelangrijke) bedenkingen blijft de boodschap duidelijk: alleen wij kunnen ervoor zorgen dat deze waanzin stopt. “Jusque ça pête” zullen de kapitalisten hun spelletje blijven verder spelen. Ik kan nu al met vrij grote zekerheid stellen dat deze film over enkele jaren een klassieker zal zijn op socialistische filmavonden!