De laatste maanden is er een kentering  gekomen in de sociale strijd. Een paar jaar geleden overspoelden miljoenen ‘indignados’ de ‘plazas’  en hielden ze bezet tegen het ‘systeem’. Op het eerste zicht slaagden ze er niet in iets te veranderen. De pleinbezettingen hebben daarentegen wel bijgedragen tot een nieuwe fase in de strijd, ttz. tot mobilisaties die erin slagen concrete doelstellingen te bereiken.

De strijd en de overwinning van de wijkbewoners van Gamonal in Burgos, is zo een inspiratiebron geworden voor iedereen die strijd voert tegen de soberheid en het rechtse beleid. De manier waarop de bewoners van deze arbeidersbuurt het stadsbestuur geleid door de Partido Popular, de cementboeren, de corruptie en de medialeugens hebben getrotseerd is werkelijk een model van strijd. Na anderhalve maand strijd zijn ze erin geslaagd het bestuur te doen terugkrabbelen. Deze overwinning is nog belangrijker als men weet met welk geweld (wapenstok en rubberen kogels) het staatsapparaat (de politie) is tekeer gegaan tegen de vreedzame acties van de buurtbewoners.

Gamonal is een volksbuurt zoals talrijke anderen in om het even welke stad in Spanje. Gegroeid tijdens de industriële ontwikkeling van de jaren 1960 en 1970, telt de wijk 70.000 inwoners waarvan er nu 18.000 werkloos zijn. De basisschool wordt bedreigd met sluiting als gevolg van een belachelijk lage schuld van 13.000 euro. Het is tegen deze achtergrond dat het stadsbestuur van Burgos probeert de hoofdweg in de wijk (waar het parkeren kosteloos is) om te vormen tot een grote ‘boulevard’ waar alle parkeerruimte verdwijnt. De huur van een privé parkeerplaats gedurende 40 jaar komt op 19.800 euro. Een prijs die het budget van de buurtbewoners ver overstijgt.

Het project van de ‘Bulevar’ toont weer eens hoe het beleid van de overheidsinstellingen ten dienste staat van de grote bedrijven, zeker in de vastgoedsector. Deze bouwopdracht, met een prijskaartje van 8 miljoen euro, is er gekomen dankzij de banden tussen de regerende Partido Popular, de media en de bedrijfswereld. De bouwmeester, een zekere Mendez, is een klassieke Spaanse ondernemer, die gewoon is zaken af te sluiten, dankzij de nauwe banden die hij heeft met de overheidsinstellingen. In Spanje heet dit ‘caciquismo’. De economische crisis heeft ook enorm bijgedragen tot het ontmaskeren van deze praktijken van een heersende klasse in een land dat slechts 90 jaar democratie heeft gekend in de laatste 200 jaar.

De burgemeester heeft nu tijdelijk de werken opgeschort. Een ‘werkgroep’ moet nu onderzoeken hoe het verder moet. Hiermee denkt het bestuur tijd te winnen en hoopt het dat de storm wel weer zal gaan liggen. De massamobilisatie van Gamonal geeft moed aan andere bewegingen in Spanje tegen de uitzettingen van eigenaars die hun hypotheken niet meer kunnen betalen (elke dag worden 300 families uit hun huis gezet), tegen de privatisering van de openbare diensten, tegen de nieuwe wet die het recht op abortus in de feiten onmogelijk maakt.

Oog in oog met het harde verzet vanuit de wijk stond de PP voor een moeilijke keuze. Aan de ene kant was er het risico dat de confrontatie tussen de politie, de overheid  en de mobilisaties van de buurtbewoners zou escaleren en dat er een brede solidariteitsbeweging op gang zou komen in heel het land. Anderzijds is de toegeving van het stadsbestuur om de werken te staken een voorbeeld dat gevolgd zal worden door anderen. De sociale explosie in Burgos bewijst weer eens hoeveel woede er bestaat onder de bevolking. De acties van de buurtbewoners van Gamonal werden op een ongelooflijk harde manier aangepakt door de politie. Een feitelijke avondklok werd ingevoerd in de wijk met behulp van politiematrakken. Iedereen die zich op straat bevond werd aangehouden. De PP nam daarmee het risico dat Gamonal snel een soort Spaanse versie van het Turkse Gezi Park zou worden ( een verwijzing naar de grote mobilisaties in de Turkse hoofdstad vorig jaar), een  genster die het hele land in lichterlaaie zet.

Het succes van deze strijd is te danken aan de eenheid van de beweging en aan de strakke organisatie ervan. Gamonal is een wijk met sterke syndicale tradities en de organisatie van de buurt weerspiegelt dit. De inwoners kwamen twee keer per dag samen voor een algemene vergaderingen om nieuwe stappen te bespreken en de moed erin te houden. Meestal brachten die algemene vergaderingen verschillende honderden mensen bijeen. Soms namen zelfs rond de tweeduizend mensen deel aan de vergaderingen. De betogingen trokken veel volk, tot  vijfduizend buurtbewoners. In deze strijd zagen we de beste tradities en methodes van de arbeidersbeweging opduiken. Onder het ‘franquisme’ (onder de dictatuur van Franco), zorgden de strijdbewegingen voor onmiddellijke eisen, tot het in vraag stellen van het hele systeem toe.

Een ander voorbeeld van het organisatieniveau en de discipline van de wijkbewoners was de afwezigheid van geweld tegen handelszaken en voertuigen. De ‘mainstream’ media daarentegen hekelden het zogezegde ‘geweld’ en het ‘vandalisme’ van de actievoerders. Dit was volledig gelogen. Voor deze media zal geen enkele actie ‘beschaafd’ genoeg zijn. Maar ondertussen ondergaat de bevolking het dagelijkse geweld van de werkloosheid en de sociale uitsluiting, de uitbuiting, de beperking van het recht op abortus en de nieuwe repressieve wetgeving tegen sociaal protest. De wijkbewoners weten dat hun wijk van hen is, ze nemen die dan ook in bescherming. Dit gevoel is nog versterkt na deze overwinning.

Deze strijd ligt in het verlengde van de overwinning van de ‘vuilnismannen’ van  Madrid eind vorig jaar. Via een algemene staking van onbeperkte duur slaagden ze erin het ontslag van 1700 collega’s ongedaan te maken. Ook die werd door rechtse politici gebrandmerkt als ‘sociaal vandalisme’.

Raul Salinero, een gemeenteraadslid van Izquierda Unida in Burgos, schatte de betekenis van de overwinning van Gamonal als volgt in: ‘Wij proberen de vonk te zijn die alles in beweging zet, met Gamonal begint de revolutie over het hele land. Dit is wat we willen’.

De beweging van de ‘indignados’ heeft dit mogelijk gemaakt. Maar de mensen beseffen nu ook dat  rondhangen op de ‘plazas’ de maatschappij niet gaat veranderen. Op talrijke plaatsen in het land barst er arbeidersstrijd uit.  Dikwijls nemen ze de strijdmethodes van de ‘vuilnismannen’ van Madrid en de buurbewoners van Gamonal over: stakingen van onbepaalde duur, een grote deelname aan de strijd, massa acties, piketten, solidariteitskassa’s en openbare geldinzamelingen om de acties te financieren, solidariteit van andere groepen enz.  Opvallend is ook dat de angst voor de politie begint te verdwijnen. 

Zo is het mogelijk om de krachtsverhoudingen te veranderen in ons voordeel. Duizenden activisten beginnen dit te beseffen. Het maakt de rechterzijde en het patronaat onrustig. Het moreel van de arbeidersklasse gaat erop daarentegen vooruit.