Op 11 maart werd Griekenland opgeschrikt door een nog grotere algemene staking dan die op 24 februari. De regering heeft haar derde bezuinigingspakket aangekondigd en ontketent zo een groeiende stemming van woede en strijdbaarheid bij de Griekse arbeidersklasse. Alle voorwaarden zijn er voor een enorme escalatie van het conflict.

Eind maart werden de Europese regeringsleiders het eens over een eventueel reddingsplan voor de Griekse economie. Het land kampt met een begrotingstekort van 12,7 procent van het bruto binnenlands product of meer dan vier keer wat toegelaten wordt door Europa en zit ook met een staatsschuld van meer dan 300 miljard euro. In Europa bestaat de vrees voor een domino-effect; de problemen van Griekenland zouden kunnen overslaan op andere zwakke eurolanden, zoals Spanje, Portugal, Ierland en Letland. Hoewel het Griekse bruto nationaal product slechts 3 procent bedraagt van de totale economie van de EU, zou een opeenvolging van een reeks eurolanden met dergelijke economische problemen de eurozone in zijn geheel kunnen meesleuren.

In april werd afgesproken dat Griekenland tegen een ‘relatief gunstige rente’ 30 miljard euro van de andere eurolanden kan lenen, als het land daarom vraagt. Daarnaast werden op 21 april onderhandelingen tussen Griekenland, de EU en het IMF gestart voor het samenstellen van een gezamenlijk ‘steunplan’ voor de langere termijn. Vanuit verschillende Europese lidstaten, de Europese Centrale Bank, het Europees Parlement en vanuit de Europese Commissie wordt Griekenland onder druk gezet de tekorten terug te dringen.

In plaats van de strijd tegen de crisis aan te gaan samen met de vakbonden van de reeds getroffen werknemers kondigt de PASOK-regering een besparingsprogramma van 4,8 miljard euro aan. Een aanval op de levensstandaard van de werknemers, zowel in de openbare als private sector. De regering wil ongeveer 1,3 miljard euro verkrijgen door een verhoging van de BTW, en snijdt voor 1,7 miljard euro in de pensioenuitgaven en de lonen van de werknemers in overheidsdiensten. Ook wil men 500 miljoen euro besparen in publieke uitgaven en 100 miljoen euro in het onderwijs.

Deze maatregelen waren de spreekwoordelijke druppel die een explosieve reactie onder de arbeiders uitlokte. De nog vrij grote populariteit van de regering was verleden tijd binnen een paar uur. Vorig jaar behaalden de socialisten van PASOK een grote verkiezingsoverwinning op basis van een programma dat hervormingen beloofde ten voordele van de werkende klasse. Nu moet eerste minister Papandreou een bocht nemen en, met de EU-waakhond aan zijn zijde, zware besparingen aankondigen.

Twee dagen na de eerste aankondiging was er reeds een grote demonstratie van 25.000 in Athene. Daar werd Manolis Glezos, de 88-jarige held uit het Griekse verzet tegen de nazi's en oude leider van de communistische beweging, met ademhalingsproblemen naar het ziekenhuis gebracht ten gevolge van een aanval met traangas door politie. Indien dit de dood van Glezos had betekend, was er een regelrechte opstand uitgebroken.

De staking van 11 maart was hoe dan ook groter in omvang dan die van 24 februari. Volgens de GSSE bereikte de deelname 90 procent. De woede tegen de maatregelen van de regering en de kapitalistische klasse is zeer groot. Steeds meer werknemers worden geconfronteerd met de brute klasserealiteit en de werkelijke rol van deze regering wanneer hun zakken worden geleegd om de winst van de Griekse kapitalisten en de internationale speculanten veilig te stellen.

De optie die de EU-bureaucraten hebben gekozen is die om de wurgpaal aan te draaien rond de nek van het Griekse volk en de wet te dicteren aan de regering van Papandreou. De regering wordt nu verondersteld om grote happen uit haar begroting te snijden, jaar na jaar. De koopkracht van de bevolking zal dalen en voor de laagste inkomsten zal het armoede en wanhoop betekenen. En de krimpende economie zal er enkel voor zorgen dat het volgende jaar weer meer bezuinigingen nodig zijn. Telkens er een nieuwe golf overheidsobligaties moeten worden uitbetaald of herbelegd, zal dat een zwerm speculanten aantrekken. De EU-machtshebbers hopen dat dit de druk op de ketel zal houden voor de regering van de PASOK. Maar ook de druk van onderuit neemt toe. De arbeidersklasse zal weigeren in te zien waarom ze zou moeten betalen voor een crisis die zij niet veroorzaakt heeft.

Werknemers in vele verschillende sectoren hebben reeds belangrijke offers gebracht om deel te nemen aan de strijd tegen de bezuinigingsmaatregelen, maar zonder enig resultaat te zien. Ze hebben deelgenomen aan een recordaantal algemene stakingen in de laatste 4-5 jaar. Hierdoor verloren ze belangrijke inkomsten maar behaalden ze amper overwinningen. Bovendien hebben werknemers in vele sectoren buiten hun deelname aan de algemene stakingen, ook hun eigen specifieke sector georganiseerd in soms lange en bittere gevechten zonder dat enig concreet resultaat bekomen werd. In de afgelopen weken alleen al ging overheidspersoneel vele malen in staking.

De regering is niet van plan te stoppen bij haar jongste maatregelen. In de burgerlijke pers werd op 7 maart reeds aangekondigd dat nog eens 200.000 ontslagen worden verwacht in het ambtenarenapparaat en dat bezuinigingen ‘onvermijdelijk’ zijn ook op de lonen in de privésector.

Het is dan ook belangrijk dat de actie veralgemeend wordt en dat de leiding van de arbeidersbeweging een concreet strijdprogramma naar voren schuift want er is een limiet aan de weerstand die werknemers kunnen opbrengen, vooral in perioden van crisis zoals de huidige.

De Griekse marxisten van Marxistiki Foni, die net zoals Vonk tot de International Marxist Tendency behoren, schrijven hierover het volgende: een eerste stap in een dergelijke intensivering van de strijd moet een nieuwe, verenigde en gecoördineerde 48-urige algemene staking in de komende tien dagen zijn. Meetings en demonstraties in alle grote steden, gecombineerd met de oproep aan de werknemers in grote bedrijven die worden bedreigd met ontslag of reeds een tijd hun loon niet uitbetaald krijgen om de nationalisatie van hun fabrieken te eisen onder arbeiderscontrole en ze te bezetten.
Het programma zou de volgende eisen moeten omvatten: 1) een bevriezing van de terugbetaling van speculatieve leningen, 2) nationalisatie van de banken, wat de annulering van 30 procent van de schuld zou betekenen die eigendom is van de Griekse banken, 3) 35-urenwerkweek, 5 dagen per week, 7 uur per dag zonder loonverlies, 4) de onteigening onder arbeiderscontrole en -beheer van elk groot bedrijf dat dreigt met sluiting of ontslagen.

De leiders van de linkse partijen moet vooral een antwoord geven op de kwellende zoektocht van de arbeidersklasse naar een politieke oplossing. Zij moeten afzien van hun vage discours en uitleggen aan de werknemers dat de regering liegt als ze zegt dat de daling van de levensstandaard onvermijdelijk is en ze moeten uitleggen dat er een ander beleid mogelijk is. De leiders van de KKE en SYRIZA moeten een beroep doen op de arbeiders om te vechten voor de nationalisatie onder arbeiderscontrole en beheer van de sleutelsectoren van de economie en hun politieke steun vragen om dit beleid uit te voeren van zodra zij in de regering zitten.