Sommigen noemen het Wereld Sociaal Forum (WSF) reeds de internationale van de antiglobalisten of de rebelse internationale. De tweede editie die dit jaar opnieuw bijeenkwam in de Braziliaanse stad Porto Alegre was in opkomst een onbetwistbaar succes. Vijftigduizend deelnemers vertegenwoordigden tweeduizend “bewegingen van de civiele maatschappij” uit zo’n 110 verschillende landen. Dat is twee keer zoveel volk als verleden jaar.

Het Britse dagblad, de Financial Times, spreekbuis van de Londonse financiële wereld zag het niet anders: “de sterke opkomst toont aan dat de beweging opnieuw een zekere opgang kent die ze verloren had na de terroristische aanvallen van 11 september”. In een opmerkelijke vergelijking beschrijft dit blad de kapitalistische tegenhanger, het Wereld Economisch Forum deze keer in New York bijeengekomen, als “slecht georganiseerd” en “niet meer in staat antwoorden te bieden” in de wereld na 11 september. De bal ligt dus in het kamp van diegenen die kritiek hebben op het bestaande systeem.

Alternatieve Pool

Het is duidelijk dat het Wereld Sociaal Forum erin geslaagd is een alternatieve pool te vormen op het Wereld Economisch Forum, op de top van de rijken en de kapitalisten.

De “sociale bewegingen van de civiele maatschappij” in Porto Alegre zijn echter zeer verscheiden. Het gaat van de strijdbare Braziliaanse beweging van landloze boeren -de MST- over talloze vertegenwoordigers van niet gouvernementele organisaties, ATTAC en anarchisten tot parlementairen van de Europese Socialistische partijen en de Groenen.

Je hoort er oproepen tegen de Israëlische bezetting van Palestina, steun voor de strijd tegen multinationals, eisen zoals de afschaffing van de Derde Wereldschuld, protest tegen oorlogen, solidariteit met de potten-en pannenprotesten in Argentinië enz. Het heeft de bedoeling een echte Toren van Babel van het sociale protest te worden.

Civiele maatschappij

De organisaties en de ideeën van de zogenaamde “civiele maatschappij”, vertegenwoordigd door de NGO’s domineren echter wel de bijeenkomst. Niet weinig van deze NGO’s beschikken over een zeer beperkte sociale verankering. Ze zijn meer parastatale instellingen dan echte sociale bewegingen. Het begrip civiele maatschappij is tevens een begrip dat de bestaande klassenverschillen in het kapitalisme verdoezelt. Het wordt gehanteerd om de arbeidersklasse en de meer antikapitalistische elementen te ontbinden in een amorf bondgenootschap waarin al diegenen die kritiek hebben op het “neoliberalisme” verenigd zijn. Pierre Galand, de voormalige algemeen secretaris van Oxfam België, net terug uit Porto Alegre aarzelde daarom niet om op de Franstalige televisiezender RTBF een oproep te doen voor een dialoog tussen socialisten en liberalen “die zich herkennen in de universele menselijke waarden van Europa”.

Verhofstadt was als spreker dan misschien niet welkom in Porto Alegre, maar een dialoog met hem lijkt nu toch een optie voor Galand.

Het is duidelijk dat deze mensen zich niet op het terrein van de klassenstrijd bevinden maar op het terrein van het “overleg, dialoog met de regeringen en de internationale instellingen”.

Alle debatten, ingenomen standpunten zoals de slotverklaring van het WSF enz. hebben een kritische inslag en verwerpen de huidige gang van zaken van de wereld op alle vlakken. Deze kritieken delen wij ongetwijfeld. Maar dat maakt van het WSF nog geen antikapitalistisch forum.

Bij gebrek aan een socialistisch maatschappijproject rijden de dominerende voorstellen zich klem in een “gereguleerd en beschaafd kapitalisme” of een “kapitalisme met een menselijk gelaat”. ATTAC als één van de drijvende krachten achter het WSF drukt dit zeer goed uit met haar eisen voor een Tobin Taks op de speculatie, stabilisering van de financiële markten, inperken van de macht van de multinationals, en de hervorming van het IMF, WTO en Wereldbank die verantwoording zouden moeten afleggen aan de nationale parlementen ... De overheersende politieke tendens van het Wereld Sociaal Forum is deze van het reformisme in alle zijn bonte internationale kleuren.

“Ik omhels mijn rivaal. Het is om hem beter te versmachten” -Racine in 'Brittannicus'

Dit maakt het WSF daarom ook zo kwetsbaar voor pogingen tot instrumentalisering door de internationale sociaal democratie en van kapitalistische instellingen zoals de Wereldbank.

De Italiaanse coördinator van het WSF gaf de volgende kritiek: “We hebben een probleem. Tienduizenden mensen zijn hier aanwezig. Onder hen veel volksvertegenwoordigers en politici van heel Europa die in die hoedanigheid ook voor de oorlog van de Verenigde Staten in Afghanistan gestemd hebben. Veel van deze volksvertegenwoordigers hebben zich zelfs tegen onze beweging uitgesproken. En toch komen ze allen hier naar toe en vullen ze de internationale pers met interviews (…). We hebben vooral met de Franse en Italiaanse volksvertegenwoordigers een probleem. De secretaris van de DS - Links Democraten (Italiaanse socialisten), Piero Fassino bijvoorbeeld is hier ook aanwezig. Deze man heeft in het parlement sterk gepleit voor de Italiaanse deelname aan de oorlog. Er zijn hier mensen die na de politierepressie in Genova de bevolking hebben opgeroepen om niet meer deel te nemen aan de betoging. Zo hebben ze geprobeerd ons te isoleren zodat het repressie-apparaat de vrije hand zou krijgen om ons te onderdrukken”.

Ja, een andere wereld is mogelijk: het socialisme

De internationale burgerij is ook niet blind voor de zwakheden en tegenstellingen van het WSF.

Vandaar dat ze wil ingaan op de vraag naar dialoog vanuit de beweging en ze zelfs een lichte zelfkritiek aandurft. De brief van Koffi Anan, de algemeen secretaris van de Verenigde Naties past in dit kader. Ook de aanwezigheid van de ondervoorzitter Mats Karlsson van de Wereldbank op het WSF is ingegeven door een gelijkaardige aanpak: het reformisme versterken in de “antiglobaliseringsbeweging” en de meest radicale elementen ervan isoleren dankzij diabolisering en repressie.

Toch is een andere koers mogelijk. Hiervoor moet de antiglobaliseringsbeweging niet terugschrikken om de discussie aan te gaan over het project van een socialistische maatschappijverandering. Elk ander project voor verandering binnen het bestaande systeem, hoe radicaal het ook klinkt, is gedoemd tot mislukken.