De aankondiging van het aftreden van Boris Johnson op 7 juli ll. heeft een nieuwe fase in de diepe crisis van het Britse kapitalisme ingeluid. Terwijl de nationale economie naar een recessie opschuift, wordt de Conservatieve Partij verscheurd door interne gevechten. Maar vanuit het oogpunt van de bourgeoisie is er nog slechter nieuws: na tientallen jaren te zijn ingedommeld is de Britse arbeidersklasse begonnen aan een indrukwekkende reeks van stakingen.

Politieke en economische crises

De Conservatieve Partij, aan de macht sinds 2010, is diep verdeeld. Reeds voor 7 juli vielen partijleiders de eerste minister “BoJo” aan, met als doel zijn vertrek te bespoedigen en zichzelf op te werpen als opvolger en leider van het land. Boris Johnson werd verzwakt door een reeks schandalen – te wijten aan clandestiene feestjes en cocaïne – die hem rechtstreeks troffen. Maar daarnaast hebben zijn aanpak van de pandemie, de nasleep van de Brexit en de inflatiegolf hem aan de rand van de afgrond gebracht. Zijn regeerperiode is geëindigd zoals hij begon: met een openlijke rebellie van een groot deel van de conservatieve partijkaders.

Op haar beurt verliest de Labour Partij veel militanten, die walgen van het rechtse beleid van hun leider, Keir Starmer. Deze laatste lijkt bereid tot alles om de Britse burgerij te laten zien dat hij een uitstekende burgerlijke premier zou zijn, in staat om de belangen van het grootkapitaal krachtig te verdedigen zoals Tony Blair in zijn regeerperiode heeft gedaan. Nadat hij luidkeels zijn gehechtheid aan “het vaderland” en de koninklijke familie had verkondigd, verbood Starmer zelfs partijleiders om arbeiders aan de stakingspiketten te ondersteunen!

Tegelijkertijd verslechtert de economische toestand snel. Het BBP kromp in het tweede kwartaal met 0,1 procent en we hebben er geen zicht op wat kan voorkomen dat deze recessie beweging de komende maanden toeneemt. De wanorde die de Brexit veroorzaakte helpt ook al niet. Ten slotte bedroeg de inflatie in juli meer dan 10 procent: het hoogste sinds 1982. De prijsstijging is vooral hoog in de voedings- en energiesector: twee soorten goederen waar niemand zonder kan. Als gevolg daarvan daalden de reële lonen (in verhouding tot de inflatie) gemiddeld met bijna 3 procent in het laatste kwartaal.

Wie Boris Johnson ook vervangt, krijgt te maken met een economische crisis van ongehoorde diepgang, maar ook met een golf van grootschalige stakingen.

Klassenoorlog

Eind juni begonnen de arbeiders van de transportvakbond RMT (vakbond Spoor, Zee- en Vervoer) met een mobilisatie om loonsverhoging, een herwaardering van hun pensioen en betere arbeidsomstandigheden te verkrijgen. Ondanks een felle campagne van de burgerlijke pers – de Sun beschuldigde hen van een klassenoorlog! – keurde een meerderheid van de Britten deze staking goed en oordeelde dat de regering er de hoofdverantwoordelijke voor was.

Deze mobilisatie is een bron van inspiratie voor de gehele arbeidersbeweging. Een groeiend aantal vakbonden heeft aangekondigd met hun leden te zullen overleggen met het oog op het organiseren van stakingen. In Groot-Brittanië verplicht een anti-stakingswet immers de vakbonden om geheime stemmingen te organiseren vooraleer ze een staking kunnen uitroepen Er is al over gestemd in de sectoren van de Post, de Telecommunicatie en de Advocatuur. Er zullen er waarschijnlijk nog volgen in de scholen, de ziekenhuizen en een groot deel van de openbare diensten.

Naast deze “legale” stakingen, zijn er veel “wilde” stakingen, dat wil zeggen georganiseerd op initiatief van de arbeiders zelf, buiten elk wettelijk kader. Het zijn de medewerkers van het distributiecentrum Amazon die het goede voorbeeld gegeven hebben. Het management had hen ruimhartig een verhoging van 35 pence per uur (40 eurocent) aangeboden, een voorstel dat gezien de inflatie ruim onvoldoende is om een scherpe daling van het reële loon te voorkomen. Als reactie hierop organiseerden bijna duizend werknemers in het distributiecentrum van Tilbury – het grootste van het land en het op één na grootste ter wereld – een staking met een bezetting die bijna 48 uur duurde. De beweging verspreidde zich zeer snel naar andere Amazon-centra.

Op 10 augustus verlieten de bouw- en petrochemie arbeiders 24 uren lang hun werk. Ze demonstreerden in 13 steden, verspreid over het land.

Of het nu legaal of “wild” is, deze stakingen zijn de voorbode van een zeer grote sociale strijd. Gezien de dynamiek ontstaat het vooruitzicht van een algemene staking vanzelf. De heersende klasse is er zich bewust van en doodsbang. Verschillende ministers en parlementairen hebben dit verklaard, hetzij publiekelijk of anoniem. Groot-Brittanië was éen van de meest stabiele landen in Europa en is nu éen van de meest onstabiele. De linkerzijde in België en de arbeidersbeweging zullen er veel lessen kunnen uit trekken.