In het VTM-programma Polspoel en Desmet ontkende Verhofstadt met klem dat er een herschikking zou komen van zijn regering en dat er zeker geen sprake was van vervroegde verkiezingen. Indien er geen enkele reden zou zijn voor een regeringscrisis, hadden de journalisten hem de vraag uiteraard nooit gesteld. De Wetstraat is zenuwachtig. Tot nu toe kon de bonte coalitie van liberalen, groenen en socialisten genieten van een verbazende stabiliteit. Interne meningsverschillen bleken eerder een teken van ‘openheid’ en ‘interne democratie’ dan van wezenlijke problemen en pasten in de mythe van de ‘nieuwe politieke cultuur’.

Cement brokkelt af

De belangrijkste redenen voor de cohesie in de regering-Verhofstadt was de economische hoogconjunctuur enerzijds, en de zwakte van de oppositie anderzijds. Ze vormden het cement van paarsgroen en maakten het tot voor kort elke coalitiepartner mogelijk om een deel van het programma te realiseren. In scherp contrast met de vorige decennia van bezuinigingen en budgettaire discipline tikte de begroting onder Verhofstadt voor het eerst in meer dan veertig jaar af op een overschot en was er zelfs geld extra voor nieuwe initiatieven, zoals gratis openbaar vervoer voor bejaarden en kinderen of de afschaffing van het kijk- en luistergeld. Het is ook voor het eerst sinds mensenheugenis dat vrijwel alle regeringspartijen vooruitgang boeken in de opiniepeilingen. Ook het ondertussen legendarisch geworden optimisme van Verhofstadt staat in schril contrast met de continu sombere toekomstberichten van zijn voorgangers. Dit veroorzaakt een psychologisch effect onder de bevolking, dat niet alleen gesteund is op mooie woorden, maar een tijdlang ook door de feiten scheen te worden bevestigd.

Einde opleving

Inmiddels is het afgelopen met de goed-nieuws-show van de regering. De recessie begint te bijten en nu al staat vast dat 2002 op begrotingsvlak slechter zal zijn dan 2001. Dat betekent dat het tijdperk van bezuinigingen opnieuw is aangebroken. Peilingen tonen aan dat de Belgen de toekomst veel minder rooskleurig tegemoet zien. Velen vrezen voor hun baan. In het zog van de massale ontslagen bij Sabena en afvloeiingen bij grotere bedrijven, is het nu de beurt aan de jobs in de toeleverende KMO’s. De eindejaarsresultaten zijn bekend en de boodschap luidt: bezuinigen en wachten op betere tijden. Er zijn tekenen dat de Amerikaanse recessie over haar dieptepunt heen is en dat in de tweede helft van dit jaar ook de groei in Europa zich zal hernemen. Een aantal indicatoren onderstrepen die optimistische visie. Indien dit scenario zou kloppen, zal Verhofstadt ongetwijfeld alles doen om de rit uit te zitten.

Deflatie

Maar er zijn ook andere scenario’s. Het herstel in de VS zou wel eens van veel kortere duur kunnen zijn dan verwacht. De industrie beschikt over een grote overcapaciteit, de bedrijven zitten met hoge schulden en de consumenten, die de belangrijkste motor vormden van de afgelopen hoogconjunctuur, spenderen nu al veel meer dan ze verdienen (120%). De bedrijven hebben bijgevolg geen behoefte aan nieuwe investeringen, die broodnodig zijn voor een gezonde groei. De Amerikaanse economie zou dan net als in het begin van de jaren ’90 in een “dubble dip” recessie terechtkomen, wat op zijn beurt een heropleving in Europa in de kiem zou smoren. Het allerpessimistische scenario gaat uit van een langdurige periode van deflatie, waarbij bedrijven de prijzen voortdurend laten dalen omdat ze hun producten aan de straatstenen niet meer kwijt geraken. Dit is het Japans scenario. Japan, de kampioen van het naoorlogse kapitalisme, heeft in het afgelopen decennium drie recessies achter de rug en de meest optimistische voorspelling voor dit jaar is een nulgroei.

Onzeker

Welk scenario er ook bewaarheid wordt, het minste dat je kan zeggen is dat wij en met ons de regering een onzekere toekomst tegemoet gaan. Daarom rollen parlementariërs en ministers tegenwoordig om de haverklap over de vloer in een poging zich te profileren, of een afleidingsmanoeuvre in stelling te brengen voor een vroegtijdige regeringsval en vervroegde verkiezingen. De thema’s die de socialisten hierbij bespelen, zijn wat dat betreft bespottelijk. Patrick Janssens haalde de pers omdat hij vond dat er geen zedenleer moet worden gegeven in katholieke scholen, Stevaert verbindt zijn lot met een aantal niet gekeurde bewakingcamera’s op de A12, Tobback profileert zich tien jaar te laat rond het migrantenstemrecht enzovoort. De zwakte van de huidige sociaal-democratie is het gebrek aan alternatief op de markteconomie. “New Labour” maait zelfs het gras van onder de voeten van de Tories door zelfs voor te stellen delen van de justitie te privatiseren. Gelukkig loopt het in België nog zo’n vaart niet, maar je ziet wel tot waar het kan leiden eens je fundamentele principes overboord gooit.