Op dinsdag 31 mei organiseerden de vakbonden in gemeenschappelijk front een nationale actiedag in de openbare diensten. De reden: ‘hoog tijd dat de regeringen hun openbare diensten en personeel eindelijk waarderen.’ Ook in het onderwijs werd er dus gestaakt. Alle druk viel hier echter op de schouders van ACOD Onderwijs; zij waren de enigen die een stakingsaanzegging indienden. De andere onderwijsvakbonden steunden de eisen maar vonden het tijdstip ongepast.

De Premier, de minister van Onderwijs en de werkgeversorganisaties

Premier De Croo vond niet alleen het tijdstip, maar heel de staking ongepast. Hiermee volgde hij slaafs de jammerklachten van de werkgeversorganisaties. Voka – het Vlaamse patronaat - vond dat er helemaal geen staking nodig was. Zij stellen zich vragen bij de eis van de vakbonden voor meer middelen in het onderwijs. Volgens hen investeert Vlaanderen al meer dan voldoende; het budget moet echter wel anders en beter worden besteed. Schoolbesturen moeten ‘meer hefbomen in handen krijgen om een modern HR-beleid te kunnen voeren.’ Het moeten ‘echte sociale ondernemingen worden.’ Onderwijs regelen als een privébedrijf, onderwijs reduceren tot de productie van toekomstige loonslaven… ziedaar de droom van Voka. Ziedaar het beleid van Ben Weyts.

De vakbonden: ACOD Onderwijs redt de eer

De staking van 31 mei was noodzakelijk. Op die manier werd de boodschap, tot hier en niet verder, gegeven. Ben Weyts was echter niet onder de indruk: volgens hem waren er op 31 mei slechts 1505 (van de 206.880) stakende leerkrachten. In zijn hoofd is dat het bewijs dat zijn beleid brede steun geniet onder het onderwijspersoneel. Niets is minder waar. ACOD bewees al dat deze cijfers van de pot gerukt waren; er waren weldegelijk meer stakende leerkrachten. Het gaat echter verder dan dit: ook veel niet-stakende leerkrachten zijn het beu en wensen verandering. Hier schuilt een groot potentieel. Het is dus van uitermate belang dat de andere onderwijsvakbonden de volgende keer deelnemen aan de staking.

Wat nu? Geen sociaal overleg, maar klassenstrijd!

Op 20 juni werd, samen met de liberale en christelijke vakbond, een nationale betoging in Brussel georganiseerd. Deze keer ging het specifiek over de loonnormwet. Die wet maakt het namelijk onmogelijk om op een vrije manier te onderhandelen over onze lonen. Ook de onderwijssector nam deel aan de betoging. 80.000 aanwezige betogers maakten van de betoging een groot succes. Dit is echter nog maar het begin. Het is nu belangrijk dat de vakbonden zich de middelen geven om hun doel te bereiken. Onderhandelen met de regering en de Voka is nutteloos. In hun ogen is het sociaal overleg een middel om de woede van de werkende bevolking te kanaliseren; naar een dood spoor te leiden. Klassenstrijd is de sleutel tot succes. De werkende klasse heeft haar spieren laten zien, het is nu tijd om die te gebruiken.