Op 8 maart werd een vreedzame optocht in Rawalkot ter nagedachtenis van de slachtoffers van de aardbeving in 2005 uiteengeslagen door de politie, waarbij zeven mensen werden gearresteerd, twee ervan lid van de marxistische stroming The Struggle, de Pakistaanse afdeling van de IMT.

De echte aanleiding voor dit brutale optreden was echter het bezoek van de premier, die op dat moment aanwezig was in de stad. In zijn aanwezigheid kon de heersende klasse geen enkel protest dulden, zeker niet een protest dat het falen van de staat en het kapitalisme pijnlijk aan het licht bracht om zelfs maar aan basishulpverlening te doen na de ramp in 2005. De betogers werden zeer hard aangepakt, met vele gewonden als gevolg. Twee aanhangers van de marxistische stroming werden valselijk beschuldigd van zware misdaden tegenover de overheid. Kameraad Amjad, hoewel zelf zwaar gewond, werd valselijk beschuldigd van het neersteken van een agent.

Het nieuws van deze gebeurtenissen ging het land rond als een lopend vuurtje. Al een dag later werden in verschillende steden betogingen gehouden, ook in Rawalkot zelf. Ondanks de enorme politiemacht en de algemene vrees voor een nog harder optreden, verzamelden 200 jonge kameraden op de campus van de universiteit. Toen de optocht vertrok probeerde de politie een blokkade op te richten, maar deze werd doorbroken door de vastberaden en militante studenten. De politie stond machteloos. De betoging daarentegen ging de stad rond en blokkeerde de hoofdstraat voor meer dan twee uur.

Revolutionaire slogans en een militante sfeer maakten komaf met de terreur die voordien had geheerst. Duizenden mensen stroomden de straat op en betuigen hun steun met onze jonge kameraden. De volkswoede keerde zich tegen de heersende klasse. Vernietigende kritiek hekelde de repressieve rol van de staat, wat zeer werd geapprecieerd door de massa. Kameraad Rizwan Azad, voorzitter van het Volksstudentfront, riep net zoals vele andere sprekers op om de betogers vrij te laten, wat onder druk van deze mobilisaties ook gebeurde. Het is zeer waarschijnlijk dat ze zonder deze protesten en de internationale protestboodschappen lange tijd in de cel hadden moeten zitten.

In deze hele episode waren voornamelijk marxisten het doel van de repressie, wat aantoont dat de staat deze groep vreest. Het toont aan dat het marxisme aan kracht wint in Kasjmir. Hoewel het nog in zijn kinderschoenen staat, beschouwt de overheid het nu al als gevaar. De gebeurtenissen brengen ook de impotentie van de heersende klasse aan het licht, want ze konden uiteindelijk het protest niet smoren. Soms is de zweep van de contrarevolutie nodig om de revolutie te ontwikkelen, aldus Marx. Onze stroming wint aan kracht door de aanvallen van de staat.

Lang leve de solidariteit en het internationalisme!