“Indien de aanval uitzonderlijk goed verloopt, is het wellicht een hinderlaag”
Oude militaire spreuk

Het langverwachte offensief tegen de Irakese stad Fallujah is nu al een week aan de gang. Na de bestorming in april dit jaar is de stad weer eens ten prooi gevallen aan een aanval die wellicht massaler zal zijn dan vorige keer. Het dagelijkse leven is tot stilstand gekomen en duizenden mensen zijn hun huizen uitgevlucht. De laatste weken hebben de Amerikaanse strijdkrachten hun dagelijkse bombardementen opgevoerd, daarbij gebruikmakend van een stevige portie psychologische oorlogsvoering.

Oppervlakkig gezien lijkt de belegering van Fallujah relatief goed te gaan voor de Amerikaanse troepen. Het merendeel van de stad is veroverd en volgens de massamedia is ‘Operation Phantom Fury’ zo goed als afgelopen. Het Amerikaanse leger heeft op dit moment een veertigtal verliezen geleden met dodelijke afloop, maar dat is niets vergeleken met de 1.200 opstandelingen die gedood werden (en wellicht waren het er nog meer). Het lijkt er inderdaad op dat de bezettingstroepen de veldslag om Fallujah zullen winnen. De zaken staan er echter niet zo eenvoudig voor. De oorlog in Irak was zogezegd ook voorbij, maar is duidelijk nog volop aan de gang. Hetzelfde geldt voor Fallujah, waar een officiële overwinning wel eens kan uitdraaien op een Pyrrusoverwinning.

De redenen voor de bestorming

De VS beweren dat Fallujah de voornaamste basis is van de moslimterroristen geleid door de beruchte Abu Musab Al Zarqawi, de vermeende leider van Al Qaeda in Irak. De verzetsraad die Fallujah bestuurt ontkende dit echter en stelde dat ze enkel het doelwit zijn van de aanval omdat ze de bezetting niet aanvaarden. De marionettenregering heeft duidelijk geen autoriteit in Fallujah en omstreken. Naast al het gepraat over massavernietigingswapens komt een ander excuus voor het voeren van een imperialistische oorlog altijd van pas. Dat excuus werd een jaar geleden al gevonden in de persoon Al Zarqawi. Het rookgordijn dat sindsdien is opgetrokken om de publieke opinie te misleiden is alleen maar groter geworden nadat het verhaaltje over de massavernietigingswapens een mythe is gebleken. Hoewel niemand wist of Al Zarqawi zich in Fallujah bevond, werd hij als de voornaamste reden genoemd voor de aanval.

In april moesten de Amerikanen een vernederende wapenstilstand aanvaarden. Ondanks de massale bombardementen op Fallujah waren ze niet in staat de bevolking te onderwerpen. Dit was niets minder dan een nederlaag voor de Amerikaanse troepen. De Irakese veiligheidsdiensten weigerden te vechten nadat ze geconfronteerd werden met een opstand die begon in Fallujah en zich uitspreidde naar de voornamelijk sjiïtische delen ten zuiden van Bagdad. Het verzet kon niet gebroken worden, wat de vastberadenheid van het verzet alleen maar vergrootte. Het kleine detail dat in april tijdens de verwoestende inval op Fallujah ten minste zevenhonderd Irakezen gedood werden en 1.500 anderen gewond, zal de bezetters er niet bepaald populairder op gemaakt hebben.

Na de slachting in Fallujah in april zijn de luchtaanvallen onophoudelijk doorgegaan. Amerikaanse woordvoerders beweren gewoonlijk dat de doelwitten bolwerken van Jama'at Al-Tawhid Wa Al-Jihad waren, de terroristische organisatie waarvan Al Zarqawi de leider is. De truc is eenvoudig. Als er huizen, cafés en moskeeën gebombardeerd worden en tientallen onschuldige burgerslachtoffers vallen, dan zijn ze toch platgebombardeerd voor een goede zaak. “Dit was een succesvolle missie gericht tegen Al Zarqawi”, zo gaat het verhaaltje. In werkelijkheid is dit niets anders dan ordinair staatsterrorisme. Bovendien hebben deze aanvallen een breder opzet dan gewoonweg de uitschakeling van Al Zarqawi. Ze zijn bedoeld om het meest militante centrum van het Irakese verzet de kop in te drukken.

Een kleine wortel... en een hele grote stok

Opvallend was dat de aanloop naar de aanval een van de meest gepropageerde gebeurtenissen was sinds het begin van de oorlog. In plaats van de vijand plots te overrompelen, besloten de Amerikanen een vrij open politiek te hanteren in Fallujah. Dit is geen toeval. Het Amerikaanse imperialisme mag Irak dan wel binnengevallen zijn als een olifant in een porseleinwinkel en daarbij tienduizenden onschuldige burgers vermoord hebben, dat betekent nog niet dat ze enkel van militaire manoeuvres afhankelijk zijn om de bezetting stand te doen houden. Het spreekt voor zich dat politiek en diplomatie ook een belangrijke rol spelen in oorlogen, en dat is waarom de VS hun tactieken aan het afwegen waren. Ze waren de pijnlijke nederlaag in april niet vergeten en beseften dat het in bloed smoren van Fallujah erg moeilijk zou zijn. Door te dreigen met aanvallen en troepen rond de stad te manoeuvreren, hoopten ze druk te zetten op de opstandelingen en hen te intimideren. Op die manier kon een deal misschien bereikt worden en een aanval (en Amerikaanse slachtoffers) worden vermeden. Uiteindelijk bleek dat niet te lukken en werd overgegaan tot de aanval.

Bij een aanval als deze is het ook een kwestie van het winnen van de ‘hearts and minds’ van de lokale stamhoofden. Iyad Allawi, de eerste minister van de interimregering, bood de lokale leiders posities in de regering aan en wat andere lokkertjes, op voorwaarde dat ze de wapens neerlegden en bereid waren mee te werken met de regering. De stamhoofden spelen een belangrijke rol in deze oorlog en hebben een aanzienlijke invloed op de verzetsbeweging. Het plan heeft er altijd uit bestaan om een aantal leiders in hun macht te hebben om zo het verzet in bedwang te houden. Als die tactiek niet werkt (zoals in Fallujah het geval was), dan moet er maar voor een minder elegante oplossing gekozen worden. De bokshandschoenen werden aangetrokken en Fallujah werd (en wordt) een uppercut toegebracht. Met andere woorden, dit is de klassieke tactiek van de wortel en de stok: het verzet wordt een worteltje aangeboden, maar als ze die niet aannemen, dan krijgen ze de stok – een hele grote stok. Na de presidentsverkiezingen in de VS was er ruimte voor een meer riskante operatie in de hoop dat zo een beslissende slag toegebracht kan worden aan het Irakese verzet. Net als in april wil het Amerikaanse imperialisme een voorbeeld maken van Fallujah omdat het nog steeds het symbool is van het verzet. Door de beweging in bloed te smoren hoopt het Amerikaanse imperialisme een duidelijke boodschap te geven aan de opstandelingen in de andere steden.

Nieuwe oorlogsmisdaden verdoezeld door massamedia

Na Fallujah Deel 1 worden de kijkers getrakteerd op de volgende aflevering in dit verschrikkelijke drama. Na april werd Fallujah dagelijks gebombardeerd om zo de stad ‘voor te bereiden’ op het langverwachte offensief. Duizenden Irakese gezinnen zijn de stad uitgevlucht naar een vluchtelingenkamp in de buurt. Eens te meer zijn ze de speelbal van meedogenloze krachten die over hun lot beslissen. Onschuldige mensen worden uit hun huizen gedreven en zien zich genoodzaakt een stad te verlaten die al een ruïne is. Wat zal er overblijven wanneer ze terugkomen?

Robert Fisk, een van de weinig oprechte journalisten die verslag geeft over Irak, schrijft:

“De Amerikanen hebben een professioneel leger in Irak, maar het is angstwekkend nonchalant aan het worden over de manier waarop vrouwen en kinderen omgebracht worden in Fallujah. Ze ontkennen gewoonweg dat hun luchtbombardementen onschuldige mensen doden en houden vol dat alle 120 doden in Samara allemaal opstandelingen waren, ook al is dat onmogelijk. Hoe zit het met de laatste slachtpartij op een bruiloftsfeest? Is dat het zoveelste Amerikaanse ‘succes’ in de strijd tegen het terrorisme? Aangezien journalisten nauwelijks nog kunnen reizen in Irak, zijn er niet langer onafhankelijke getuigen in deze verschrikkelijke oorlog. Wat is er gaande in Ramadi en Hilla en alle andere steden waar de Amerikaanse troepen hun brutale aanvallen uitvoeren?”

De verslaggeving over Fallujah is tegenstrijdig. Er is inderdaad weinig of geen onafhankelijke pers aanwezig in de stad om bericht te geven over de situatie. In plaats daarvan zijn er een aantal journalisten die ‘ingebed’ zijn in (in bed liggen met) het Amerikaanse leger en enkel onder nauwlettend oog van de Amerikanen mogen schrijven. Maar noem dat vooral geen censuur! Ze beweren democratie te brengen (een duidelijke leugen) en laten zelfs geen onafhankelijke journalisten toe die kunnen schrijven over hun acties.

“De Amerikaanse strijdkrachten zijn daar om de democratische verkiezingen voor te bereiden”, beweren de massamedia. “Daarom moeten ze van die terroristen afgeraken zodat Irak in een democratie kan overgaan”. Deze nonsens gaat door voor ‘objectieve informatie’. Maar heel weinig aandacht wordt besteed aan de humanitaire catastrofe en de ware aard van de hele operatie. Toch is het mogelijk om een idee te krijgen van wat er echt gaande is in Fallujah. Fadhil Badrani, een journalist in Fallujah die verslag uitbrengt voor de BBC World Service, zei:

“Het leven is zelfs nog extremer geworden voor de bevolking in de stad. Voedsel wordt maar heel beperkt aangevoerd en de winkels zijn dicht (...) De elektriciteit is afgesneden door de schade die de bombardementen hebben aangericht aan de voornaamste elektriciteitscentrale. De watertoevoer is eveneens afgesneden. De wegen zitten vol met kraters. De bevolking, in het bijzonder vrouwen en kinderen, blijft veelal thuis omdat ze bang zijn een militair doelwit te worden.

“Artsen melden dat de voorraad medicijnen in het grootste hospitaal, dat sinds [vorige week] zondag in handen is van de Amerikanen, heel beperkt is. Het merendeel van de bevolking is gevlucht, sommigen naar andere delen van Irak, anderen zijn het land uitgevlucht naar de Arabische buurlanden.”

De burgers die zich nog steeds in de stad bevinden hebben pech. Zij lopen veel kans gebombardeerd of neergeschoten te worden. (Tussen haakjes, zelfs honden zijn niet veel beter af, omdat ze direct afgemaakt worden om te verhinderen dat ze gebruikt worden als levende bommen.) Laat ons de vraag stellen: welke misdaad hebben de inwoners van Fallujah begaan? Ze waren geen gevaar voor de wereld, hadden geen massavernietigingswapen en deden evenmin de WTC-torens instorten. Hun enige misdaad is dat ze weerstand bieden aan de bezetting van een buitenlands leger.

In een van de weinige interessante artikelen in The Washington Post, een van de Amerikaanse kranten die openlijk de oorlog in Irak steunt, lezen we dat er in Fallujah geweren gebruikt worden die wit fosfor afschieten en zo een vuurzee stichten die niet met water geblust kan worden. Verschillende opstandelingen hebben verklaard aangevallen te zijn met een substantie die hun huid deed smelten, precies de symptomen van brandwonden opgelopen door wit fosfor. In The Washington Post vertelde Kamal Hadeethi, een dokter in een plaatselijk hospital: “De lijken van de mujahedeen die hier binnenkwamen waren verbrand en sommige lijken waren gesmolten.” De Post ging verder: “De buurten Jolan en Askali in het bijzonder leken zwaar getroffen. Meer dan de helft van de huizen zijn verwoest. Lijken lagen verspreid over de straten en nauwe steegjes van Jolan, een van de oudste buurten in Fallujah. Aan de muren van bepaalde huizen hangt bloed en vlees, zo zeiden getuigen, en de straten waren vol kraters.” Indien dit soort beschrijving zelfs terechtkomt in de burgerlijke pers, kan men zich voorstellen welke slachting er werkelijk gaande is in Fallujah.

Het verzet, een zevenkoppige draak

In Irak worden er dagelijks oorlogsmisdaden begaan in de naam van de vrijheid en de democratie. Het is onzin om het verzet tegen de bezetter af te doen als het werk van terroristen alleen. De verzetsbeweging bestaat niet alleen uit kleine groepen van islamistische fanatici of aanhangers van Saddam Hoessein. Wat we in Irak zien is een verzetsbeweging die een reële massabasis heeft. Tragisch genoeg is de leiding van de beweging in handen van de radicale islamisten, maar dat is enkel zo omdat er geen echt alternatief voorhanden is op dit moment. De Communistische Partij en delen van de vakbondsbeweging zijn openlijk aan het collaboreren met de bezetter. Geen wonder dat gewone Irakezen zich richten naar de religieuze extremisten, die ze zien als de enige stem die zich uitspreekt tegen het imperialisme.

Het is niet moeilijk om te zien waarom het verzet almaar groeit. Elke stem tegen de bezetting wordt brutaal de kop ingedrukt. Terwijl vele Irakezen net na het officiële einde van de oorlog bereid waren de Amerikanen wat krediet te geven, zijn die illusies nu in duigen gevallen door hun wrange ervaring met de wanstaltige misdaden die ze moeten ondergaan. Wanneer je regelmatig familieleden en vrienden ziet sterven, is het heel menselijk om vergelding te zoeken. En aangezien de dodelijke bommen gedropt worden uit Amerikaanse vliegtuigen, zal de woede van het Irakese volk onvermijdelijk gericht zijn tegen de bezettingstroepen. Dat sommige terroristische groeperingen deze enorme opborreling van razernij gebruiken voor hun eigen reactionaire agenda, is geen excuus voor de verwoesting van Fallujah en andere ‘rebelse’ steden. Dit zal de bestaande spanningen alleen maar vergroten en de spiraal van geweld erger maken.

Hoewel de Amerikanen op dit moment meer dan veertig soldaten verloren hebben, is de aanval op Fallujah relatief vlot verlopen. Ze moeten zich echter geen illusies maken. Dit is niet het eindspel. Nadat ze Fallujah in puin gelegd hebben 'om het te redden', zullen de VS een deel van hun troepen achter moeten laten om de stad te ‘beveiligen’. Dat zal het moment zijn waarop het verzet uit zijn schelp zal komen, de uitgedunde bezetter zal aanvallen en de stad heroveren. Dat is precies wat in Samara gebeurd is.

De bezettingstroepen zitten met het probleem dat er geen echt centrum is dat de aanslagen coördineert. Ze worden geconfronteerd met een vijand die evenveel koppen heeft als een hydra. Van zodra er één kop afgeslagen wordt, groeien er twee of drie in de plaats. Nu is Fallujah onthoofd, maar de ‘verzetshaarden’ (in werkelijkheid een massabeweging) verplaatsen zich gewoon naar andere plaatsen. In Baqubah, Samara, Kirkoek, Mosoel en Bagdad zijn er meer en meer aanslagen en is de Irakese politie het favoriete doelwit. In het noordelijke Mosoel, de derde grootste stad in Irak, hebben de opstandelingen het politiebureau ingenomen en woedt er nu een hevig gevecht. De Amerikanen waren zelfs verplicht troepen vanuit Fallujah naar Mosoel te sturen.

Al goed dat de Amerikaanse troepen op de goede diensten van de Irakese Nationale Garde kunnen rekenen. Fallujah was de grote test voor het nieuwe Irakese leger. Dit is wat Scott Ritter, voormalig VN-wapeninspecteur in Irak, hierover te zeggen heeft:

“In werkelijkheid is er geen Irakees leger. Van de tienduizenden die gerekruteerd zijn in hun rangen, is er vandaag amper één effectieve eenheid, het 36e Bataljon.

“Deze eenheid vocht zij aan zij met de Amerikanen in Fallujah, Najaf en Samara. Al bij al hebben ze goed gepresteerd. Maar deze eenheid kan enkel standhouden zolang ze opereert met militaire steun van de Amerikanen. (...)

“Terwijl de regering-Bush de vorming verboden heeft van milities die georganiseerd zijn langs etnische en religieuze lijnen, moet het 36e Bataljon gezien worden als wat het werkelijk is: een Koerdische militie die ingehuurd is door de Amerikanen omdat het Irakese leger niet bereid of niet in staat is te vechten tegen het Irakese verzet.” (Aljazeera.net, 11 november, 2004)

Leden van de Irakese politie en het leger worden terecht gezien als collaborateurs. Ze worden door de meerderheid van de bevolking beschouwd als verraders. Dat verklaart waarom er in Fallujah niemand van het Irakese leger of Nationale Garde gevochten heeft. De private inlichtingendienst Stratfor meldde dat de eenheden van de Nationale Garde weigerden om guerrillaposities aan te vallen. Hun bevelhebbers waren niet in staat om de soldaten vooruit te bewegen en sommige commandanten sloten zich zelfs aan bij de troepen. “Enkel de speciale eenheden van het Irakese leger, die voor het grootste deel Koerdisch zijn, hielpen met zoeken naar verscholen guerrilla’s achter de linies van de VS-mariniers buiten de stad. Honderden Irakese soldaten hebben hun basissen rond Fallujah verlaten, zo melden de bronnen.”

Sluwe David tegen lompe Goliath

De militaire strategen hadden duizenden Irakese verzetsstrijders verwacht in de straten van Fallujah, niet de honderden die nu en vorige week aan het vechten waren. Hoe komt dat? De verklaring die vaak gegeven werd was dat de opstandelingen die Fallujah verdedigden gewoonweg niet zo goed georganiseerd zijn als oorspronkelijk gedacht. Dit lijkt echter onwaarschijnlijk. Waarschijnlijk vechten de opstandelingen op de beste manier mogelijk: met guerrilla-acties. Het zou waanzin geweest zijn om in statische formaties te vechten, wat zelfmoord zou betekenen voor een groep die veel kleiner is in aantal en vuurkracht. Het wapenarsenaal van het grootste leger ter wereld kan reusachtige schade berokkenen. Daarom zijn kleinschalige ‘hit-and-run’-operaties een geschiktere strijdmethode voor kleinere groepen, iets wat dan ook gebeurde de voorbije week: een tiental verzetsstrijders vallen een militaire eenheid aan, bieden heel even weerstand en trekken zich gauw terug in steegjes en tunnels, om opnieuw te vechten op een andere plaats en tijdsstip.

Kapitein John Griffin vertelde de Associated Press: “Er zijn altijd verzetshaarden geweest in dit soort gevechten. Net zoals in de Tweede Wereldoorlog verklaren we een eiland veilig, om het enkele maanden later opnieuw te bevechten. Een stad als veilig bestempelen betekent niet dat alle verzet is verdwenen; het betekent gewoon dat we het gebied in veiligheid gebracht hebben en onder controle hebben.” Het Amerikaanse imperialisme heeft echter nog steeds geen controle over de stad. Het is best mogelijk dat dit wel zo is binnen een paar dagen, maar wat zou het betekenen? Wellicht wacht het verzet gewoon een tijd om later des te harder toe te slaan. Bovendien waren de helft van de opstandelingen voor de belegering Fallujah al uitgetrokken. Ze herpositioneren zich gewoonweg om op een andere plaats te vechten.

De ironie is dat hoe meer de Amerikanen Fallujah verpletteren, hoe meer geweld er elders uitbreekt. In Mosoel zijn er hevige gevechten aan de gang en was er een opstand ter ondersteuning van het verzet in Fallujah. Twee politiebureaus werden aangevallen en ten minste zes leden van de Irakese Nationale Garde werden gedood. Het huis van de gouverneur werd in brand gestoken. Het televisiekanaal van Mosoel is een uur uit de ether gegaan en de Amerikaanse autoriteiten gaven toe dat de Irakese politie de situatie niet meester was.

Het toenemende geweld heeft ertoe geleid dat Amerikaanse woordvoerders nu stellen dat Al Zarqawi, publieke vijand nr. 1, Fallujah verlaten heeft. Daarbij vermijden ze deskundig de vraag of hij daar überhaupt geweest is (iets wat het bestuur in Fallujah steeds ontkend heeft). Het behoeft niet veel verbeelding om te weten wat de volgende stappen zullen zijn. Die schurk Zarqawi zal plotseling opgemerkt worden in steden als Samara en zal de weg voorbereiden voor de zoveelste reeks bombardementen van de stad die ze deze keer met de grond gelijk willen maken. Generaal Myers verklaarde op NBC: “Indien iemand denkt dat Fallujah het einde zal zijn van de opstand in Irak, dat was nooit onze doelstelling, ons plan of zelfs onze hoop.”

Vrije verkiezingen?

George W. Bush heeft zogezegd de verkiezingen gewonnen vanwege zijn ‘morele waarden’. In Irak zien we hoeveel die waarden waard zijn. Fallujah is maar een van de voorbeelden van de barbaarsheid van de Amerikaanse bezettingstroepen. Hun pogingen om deze bloedige puinhoop te verkopen als ‘democratie’ zijn een wel erg misplaatste grap. Op dezelfde manier ruiken de mooie woorden over ‘vrije verkiezingen’ in januari naar de meest walgelijke vorm van cynisme. In januari zouden er vrije verkiezingen zijn die de basis zullen leggen voor een ‘soeverein’ en ‘democratisch’ Irak.

Vorig jaar, na de val van Bagdad weigerden Bush en Blair om vrije en eerlijke verkiezingen te laten plaatsvinden. In plaats daarvan stonden de Amerikaanse troepen toe te kijken hoe het land geplunderd werd. Het volk was ‘niet klaar’ voor verkiezingen, ziet u. Laat ons niet vergeten dat het Donald Rumsfeld was die letterlijk verklaarde dat “vrije mensen vrij zijn om fouten te maken, slechte dingen te doen en misdaden te begaan. Al die mensen die ik op de beelden van de plunderingen gezien heb, houden van de vrijheid.” In werkelijkheid zijn de imperialisten als de dood voor een Irakees volk dat stemt voor leiders die tegen de bezetting zijn. Ze zullen enkel schijnverkiezingen tolereren waarop toegezien wordt door de bezetters. Hoogstens zal een marionettenregime à la Allawi toegestaan worden de verkiezingen te winnen.

Tenzij Irak een openlijke militaire dictatuur wordt, zal de interimregering van Allawi niet lang stand houden. Nu al zijn er splitsingen in de regering. De Irakese interimpresident Ghazi al-Yawar bekritiseerde het plan om Fallujah aan te vallen: “Ik ben het volledig oneens met degenen die de zaak [Fallujah] willen oplossen met militaire middelen”, zo vertelde hij Reuters. “De manier waarop de coalitie de crisis afhandelt is verkeerd. Het is alsof iemand met kogels op de kop van een paard schiet omdat er een vlieg op is geland; het paard stierf en de vlieg kon ontkomen.” Vorige week was er zelfs het bericht dat een belangrijke soennitische partij zich terugtrekt uit de regering uit protest tegen de aanval in Fallujah.

De kwestie van de verkiezingen wordt zo goed als nooit verbonden aan de kwestie van het leger en de politie. Staatsmacht is in laatste instantie echter een bende gewapende mannen, en dat is precies waarom de VS deze essentiële posities nooit zullen opgeven. In theorie worden het leger en de politie gecontroleerd door de Irakese regering, maar in de praktijk beslissen de coalitietroepen wat ze doen. Hoe kan een land overigens vrij zijn zolang er meer dan 100.000 buitenlandse troepen op haar bodem staan?

Actie en reactie

Het woord vrijheid in de context van het huidige Irak laat een bittere smaak na in de mond. Niemand zal ontkennen dat Irak een puinhoop is. Niemand kan veilig over straat lopen zonder de vrees het leven te laten. Elke dag verstoren zelfmoordaanslagen en bombardementen een land dat eens een rijke en bloeiende cultuur kende. Zelfs The Lancet, een medisch vakblad dat niet meteen bekend staan om zijn radicale standpunten, schat dat het aantal doden sinds het begin van de oorlog niet minder dan 100.000 bedraagt. Dat hallucinante cijfer is op zich al een veroordeling van deze vuile oorlog. Zelfs al is dit aantal overdreven (maar anderzijds kan het ook meer zijn; The Lancet beschouwt zijn schattingen als conservatief), dan nog verandert dat geen jota aan de aard van deze oorlog. Hoeveel ‘collateral damage’ willen ze? Twintigduizend slachtoffers? Vijftigduizend of 200.000 doden? Hoeveel onschuldige burgers er ook vermoord zijn in Irak, het is duidelijk genoeg hoe monsterachtig ‘Operation Iraqi Freedom’ is.

De val van Fallujah zal volstrekt niets opgelost hebben. Integendeel, het zal het tegenovergestelde effect hebben van wat de heersende kliek in Washington beoogde. In plaats van het verzet verzwakt te hebben, zullen ze zich alleen maar onpopulairder gemaakt hebben bij de Irakese bevolking. Meer en meer Irakezen zullen niet langer aan de zijlijn blijven staan om vandaar hun familieleden naar de slachtbank geleid te zien worden. Wat kunnen ze anders doen?

Laat ons duidelijk zijn: de bezettingstroepen hebben deze puinhoop zelf gecreëerd. De Irakezen zijn niet beter af dan onder Saddams dictatuur. Het hele Midden-Oosten is een dodelijk schaakbord geworden waarop de voornaamste spelers – het Amerikaanse imperialisme, Al Qaeda en de verzetsbeweging – voor een beslissende overwinning vechten. Wie denkt dat de Amerikaanse en Britse troepen in Irak zijn “om de vrede te bewaren”, houdt zichzelf voor de gek. Op het argument dat er alleen maar chaos zal zijn wanneer de troepen zich terugtrekken, antwoorden we: maar er is al chaos. Elke dag worden er onschuldige Irakezen vermoord. Is de huidige slachtpartij in Fallujah niet verschrikkelijke ‘chaos’? De verantwoordelijkheid hiervoor ligt volledig op de schouders van het imperialisme. De Irakese bevolking heeft het recht te beslissen over hun eigen lot en de rijkdommen van hun land te beheren. Dat is echter onmogelijk met een bezettingsmacht in het land. Ze moeten het land uit.

Er wordt veel gepraat over ‘etnische verdeeldheid’ in Irak. In werkelijkheid is er veel eenheid tussen de verschillenden delen in de maatschappij, op de Koerden na (om bepaalde redenen). De imperialisten gebruiken de zogezegde bedreiging van een ineenstorting van het land in etnische conflicten om hun aanwezigheid te rechtvaardigen.

Er bestaat een andere manier om eenheid te garanderen en een menselijk bestaan. De werkende klasse moet opstaan als leider van de natie. Wanneer we zeggen dat de georganiseerde arbeidersklasse aan het hoofd zou moeten staan van het verzet, dan zeggen we dat niet om sentimentele redenen. Net omwille van hun rol in het economische productieproces kan enkel de arbeidersklasse, gewapend met een militant klassenprogramma, het land verenigen en etnische verdeeldheid doorbreken. Het gevaar van een ineenstorting van alle beschaving in Irak is een erg reëel gevaar. Maar de werkende mensen in Irak zouden weten hoe dit tegen te houden zodra ze de macht in handen hadden. Daarom rust er een enorme verantwoordelijkheid op de schouders van alle oprechte vakbondsmilitanten en communisten in Irak om een balkanisering van Irak te voorkomen.

De Verenigde Staten kunnen deze oorlog niet winnen. Het Amerikaanse Rijk is zich in grote mate aan het verrekken. De economische motieven voor de inval in Irak worden niet in dollars omgezet. In plaats daarvan zinken ze dieper en dieper in een bloederig moeras. Ze kunnen Irak niet verlaten omdat dat zou ingaan tegen hun economische en strategische belangen. Anderzijds is het zo dat hoe meer ze het verzet de kop indrukken en Irakese steden in puin doen veranderen, hoe groter het verzet wordt. Deze elementaire waarheden zullen niet voor eeuwig verborgen blijven voor het Amerikaanse thuispubliek. Er staat een limiet op de mate waarin de leiders hun volk kunnen bedotten. En als deze feiten het bewustzijn binnendringen van gewone werkende mensen in de VS en elders, dan kan het rap gaan.