Op woensdag 20 februari kwamen rond 14u een achthonderd studenten bijeen op het Sint-Pietersplein te Gent. Ze beantwoordden de oproep van de studentenvertegenwoordigers van de Gentse hogescholen en universiteit om te betogen tegen de kotbelasting die het stadsbestuur wil invoeren. Jammer genoeg hadden de organisatoren besloten om geen ‘politieke propaganda’ toe te laten op de betoging. De kotbelasting kon op deze manier onmogelijk in zijn ruimere politieke context van besparingen en soberheidsbeleid gezien worden.

De betoging vertrok richting stadhuis en eindigde op de Vrijdagsmarkt, alwaar onder luid gejuich een aantal vaten bier aangebroken werden. Ondanks de niet zo talrijke opkomst (in Gent studeren ongeveer 50.000 studenten) was de betoging erg levendig en geanimeerd. Onder begeleiding van een fanfare en slogans zoals “deze student, geeft gene cent” en “Wijnakker kust mijn k(l)ote” marcheerden de studenten door de straten van Gent. Wat is nu die kotbelasting waartegen de Gentse student zich zo heftig keert?

Achtergrond

Reeds in november 2001 schreef de Gentenaar dat het Gentse stadsbestuur een kotbelasting overwoog. De Gentse studentenvertegenwoordigers waren verontrust en stuurden een lezersbrief naar de Gentenaar, de Gentse schepenen en burgemeester Frank Beke waarin ze hun bezorgdheid uitten. De studentenvertegenwoordigers stelden het stadsbestuur voor om een eventuele kotbelasting eerst met hen te bespreken. De burgemeester antwoordde dat het “nog lang niet was uitgemaakt of er een belasting zou worden ingevoerd,” en dat hij rekening zou houden met hun bedenkingen. Dit gebeurde echter niet.

Op 17 en 18 december besliste de Gentse gemeenteraad immers om de kotbelasting in te voeren, zonder met de studentenvertegenwoordigers te overleggen. De schepen van financiën, de VLD’er Frank Wijnakker, deelde in de raad mee dat de stad Gent met een begrotingstekort te kampen heeft. Oorzaak is een besparende maatregel van het Vlaams Parlement, waardoor Gent zo’n 12,9 miljoen euro minder dan gepland uit het Gemeentefonds kan ontvangen. Om deze put te delven wil het stadsbestuur dus een beroep doen op de beurs van de student door het heffen van een jaarlijkse minimumbelasting van 74,37 euro (3000 frank) per kot. De koteigenaars rekenen deze belasting natuurlijk meteen door aan de studenten. Het stadsbestuur ontkent zelfs niet dat ze van plan zijn de studenten te viseren. De argumentatie is dat de studenten de faciliteiten van Gent gebruiken zonder hiervoor gemeentebelasting te betalen. Een geliefd voorbeeld dat dit moet illustreren zijn de dagelijkse schoonmaakbeurten van IVAGO in de Overpoortstraat, de uitgaansbuurt van Gent.

Neen tegen kotbelasting!

Wij scharen ons achter de studentenvertegenwoordigers van de hogescholen en de universiteit in hun eis om de geplande kotbelasting af te voeren. De volgende argumenten ondersteunen onze eis:

· Het verhogen van de prijs van de reeds erg dure koten zal eerst en vooral de minder kapitaalkrachtige studenten treffen. De kotbelasting is een regressieve belasting, dit wil zeggen dat elk kot, ongeacht de prijs, het comfort, het inkomen van de ouders of andere criteria, belast wordt met hetzelfde bedrag. Dit is een asociale belasting die een gevaar vormt voor de democratisering van het onderwijs, aangezien het in de eerste plaats de student treft die de touwtjes al nauwelijks aan elkaar kan knopen. Als het stadsbestuur deze weg inslaat, dan wordt studeren nog meer het privilege van een beperkte groep.

· De redenering van het stadsbestuur hangt met haken en ogen aan elkaar. Het stadsbestuur wijst graag op de overlast en kosten die de studenten met zich meebrengen. Meestal valt die zogenaamde overlast best mee. In de cafeetjes van de Overpoortstraat bijvoorbeeld zijn de Gentse scholieren beter vertegenwoordigd dan de studenten. Maar het is nogal eenzijdig om alleen de kosten van de studenten in kaart te brengen. De Gentse studenten geven jaarlijks meer dan 100 miljoen euro uit in Gent!

· De studenten betalen reeds belasting in hun thuisstad. Het is onrechtvaardig om hen een extra belasting op te leggen in de stad waar ze studeren, zonder dat ze zelfs maar een stem hebben in het reilen en zeilen van die stad. Het is een minimumeis dat de democratisch verkozen studentenvertegenwoordigers inspraak en beslissingsmacht moeten hebben in het beleid van de stad.

Het is duidelijk dat de studenten niet mogen opdraaien voor het soberheidsbeleid van de regering. In plaats van de koten te belasten, zou het stadsbestuur beter een politiek voeren die erop gericht is om de huisjesmelkerij en de woekerprijzen te bestrijden. Niet alleen de studenten, maar ook de gewone Gentenaar is het slachtoffer van de uit de pan swingende woningprijzen. De Vlaamse regering zélf is hier een van de grote schuldigen. België scoort immers heel slecht op het gebied van sociale huisvesting in Europa.

De kotbelasting is slechts één van de vele maatregelen die erop gericht zijn om de democratisering van het onderwijs af te bouwen. De afbouw van de sociale diensten, de privatisering van het openbaar vervoer, de Bolognaverklaring, enzovoort, alles staat in functie van de heersende neoliberale politiek.

Samen met de studenten zeggen we neen tegen het neoliberale (onderwijs)beleid. We eisen onder andere:

· Gratis basisvoorzieningen voor studenten

· Een degelijk en gratis openbaar vervoer voor studenten, werkelozen, steuntrekkers enzovoort

· Een goed uitgebouwde sociale dienst met voldoende financiële middelen om een degelijke huisvestingspolitiek te voeren

· Grenzen op de woningprijzen en effectieve controles op de kwaliteit en de veiligheid van koten

· Een echte sociale politiek, vertrekkende vanuit de behoeften van de bevolking en niet opgelegd door de limieten van een inkrimpende sociale begroting, van de SP.A- en Agalev-fractie in de gemeenteraad