Op dinsdag 31 januari 2023 organiseert de non-profitsector een nationale betoging te Brussel. Tegen het personeelstekort en de hoge werkdruk en voor betere loon- en arbeidsvoorwaarden. Zowel ACV-Puls als BBTK roepen hiervoor op. Er is nood aan bijkomende investeringen, klinkt het, een duidelijk plan voor de toekomst, meer aanbod en kwaliteit voor iedereen.

Steeds meer doen in minder uren

In aanloop hiervan hield de socialistische bediendenvakbond een grootschalige enquête bij haar leden - méér dan 5000 reageerden - over hun arbeidsomstandigheden. Op een druk bijgewoonde persconferentie op 19 december ll. gaf Johan Van Eeghem, federaal vakbondssecretaris, toelichting bij de resultaten. Het rapport kreeg de veelzeggende titel “Fuck de werkdruk in de social profit” mee. De meerderheid van de werknemers zijn vrouwen, die het zeer moeilijk hebben om werk en privé op elkaar af te stemmen. Ruim één derde moest de voorbije maand meerdere keren haar vrije tijd onderbreken om naar het werk terug te keren wegens de personeelsuitval. 60 procent zegt dat ze minder zouden werken, moest het loon gelijk blijven. 47 procent meldt een slechte gezondheid. Velen werken nu al deeltijds om het werk draaglijk te houden. De druk is het grootst in de ziekenhuizen en de ouderenzorg. Ze kiezen bewust voor een werk met maatschappelijke meerwaarde, maar nu stellen ze vast dat ze de kwaliteit niet meer kunnen bieden die nodig is. Ze hollen van patiënt naar patiënt en hebben het gevoel dat ze nooit meer uit de carrousel geraken. De vakbondssecretaris waarschuwt ook voor de toekomst: “Er komt een grote pensioneringsgolf aan en het zal extra moeilijk zijn om iedereen te vervangen. We hebben eigenlijk nog meer volk nodig, want een verouderende bevolking betekent meer vraag naar zorg. We kunnen gepensioneerden inschakelen en studenten onbeperkt laten meewerken, maar dat zijn pleisters op een houten been. Er is een inhaalbeweging geweest, 575 miljoen per jaar extra, maar de sector was jarenlang ondergefinancierd. Onze boodschap aan de Vlaamse en Federale regeringen is: dat is onvoldoende, er zal nog meer nodig zijn. Dat moet niet noodzakelijkerwijze meer kosten voor de belastingbetaler. Er moeten politieke keuzes gemaakt worden. Er gaat vandaag meer geld naar subsidies voor bedrijven dan dat er in zorg geïnvesteerd wordt. Dat valt niet meer te verdedigen. Iedereen doet vroeg of laat een beroep op de zorgsector: voor de kinderopvang, bij de thuiszorg, als je terecht komt in het ziekenhuis na een ongeval, als je moeder of vader naar een woonzorgcentrum moet. Als we geen druk op de regeringen blijven zetten, zal er in de toekomst nog minder geld beschikbaar zijn! De betoging op 31 januari is een serieuze waarschuwing!”

Zorg voor de Zorgenden

De problemen in de zorgsector slepen al jaren aan maar sinds de pandemie is er nog nooit zoveel uitval geweest. Mede door de ingesteldheid van veel zorgverleners die proberen er het beste van te maken, de patiënt of de collega’s op de eerste plaats zetten en veel te weinig aan zichzelf denken is het maatschappelijk precies nog niet goed doorgedrongen hoe erg het wel gesteld is. De voorbije maand verschenen verschillende noodkreten op de sociale media. Zorgkundige Nathalie Van Suyt en verpleegkundige Lien De Metsenaere lanceerden een petitie “Zorg voor de Zorgenden”. Ze willen hiermee de zorgproblematiek hoog op de politieke agenda krijgen. Zij stellen het als volgt: “Verschillende malen kwamen de hulpverleners al de straat op en ging men via betogingen hulpkreten slaken voor betere werkomstandigheden. Men wordt nog steeds niet gehoord. Vandaag tellen jullie veel geld neer voor de verzorging van je vader of moeder, niet om ze 8 uur lang ’s nachts in een vuile luier te laten liggen omdat er bespaard wordt op verzorgingsmateriaal. Niet om ’s middags langs te komen en te zien dat hun eten er nog onaangeroerd bijstaat omdat de verzorgster nog bezig is met de andere 23 zwaar hulpbehoevenden! We pleiten allemaal voor warme zorg en als we dan toch in zo’n warme samenleving wonen, dient deze dan geen respect en voldoende middelen vrij te maken voor onze zorgbehoeftigen en de mensen die er professioneel 7 dagen op 7 voor zorgen? We rekenen op jullie steun!” Het is zeker positief om te proberen het grote publiek te mobiliseren, maar de problematiek overstijgt de al dan niet slechte wil van de politici. Ons socialezekerheidsstelsel werd pas na de tweede wereldoorlog opgebouwd. Het kapitaal heeft die toegevingen enkel gedaan omdat het onder druk stond van een sterke arbeidersbeweging waar het idee van socialistische revolutie naar het voorbeeld van de Sovjetunie nog leefde. Het kapitalisme kende toen de grootste groei in zijn geschiedenis, er was geld genoeg. Zowel de Sovjetunie als de hoge economische groei zijn vandaag verdwenen. Het kapitalisme is terug in zijn natuurlijke toestand van bikkelharde concurrentie gekomen en alle sociale kosten zijn er té veel aan. Men wil de overheid laten bezuinigen, privatisering en commercialisering moeten de oplossing brengen.

Wanneer de zorg een markt wordt

De Vlaamse regering legde een nieuw decreet op tafel dat de openbare welzijnsverenigingen de mogelijkheid geeft om zelf een naamloze vennootschap op te richten. Daarin kan men dan personeel, erkenningen, subsidies en infrastructuur onderbrengen. Externe vennootschappen zouden tot 49 procent van het kapitaal kunnen inbrengen. De voorbije jaren hebben beursgenoteerde investeringsmaatschappijen op grote schaal zorgvastgoed, zoals woonzorgcentra, opgekocht en doorverhuurd aan commerciële zorgketens. Ze hebben zo’n 26 procent van de RVT’s in handen. Dat leidt tot een besparing op personeel, een groter beroep op flexibele arbeidscontracten en hogere ligdagprijzen. Echter niet tot een betere kwaliteit: vandaag staan 13 Vlaamse Rusthuizen onder verhoogd toezicht door de inspectie wegens verregaande tekortkomingen, daarvan zijn er 12 van de commerciële sector!

Management praktijken in functie van schaalvergroting en kostenbesparing wordt het nieuwe normaal. De zorg transformeert in een studieobject. Zorgwerkers krijgen een grotere administratieve last opgelegd en moeten alles noteren, zodat het management “adequate” beslissingen kan nemen. In dit prestatiemodel moeten een aantal handelingen in een zo kort mogelijke tijd uitgevoerd worden. Het wordt wellicht efficiënter, maar niet menselijker, want in zo’n strak werkschema is geen tijd meer voor een vriendelijk woord of een kopje koffie. De invoering van het nieuwe decreet zou deze praktijk vanuit Vlaanderen over alle steden en gemeenten uitrollen. Het decreet werd al driemaal door de verenigde oppositie (SP-a, Groen en PVDA) tegengehouden door het voor advies naar de Raad van State te sturen, de laatste maal op 16 december 2022. De Vlaamse Regering houdt echter voet bij stuk en zal het blijven indienen. De rol die Vooruit hier speelt is op zijn zachtst gezegd dubieus. Ze ageren tegen het decreet op Vlaams niveau, maar probeerden het zelf in te voeren in Antwerpen, waar ze in coalitie met de N-VA zitten. Toen een voormalige vakbondssecretaris Conner Rousseau hierover interpelleerde kreeg hij als antwoord: “dat is politieke tactiek, daar heb je als vakbondsman geen verstand van!”.

De prestatiegeneeskunde

In België werkt de gezondheidszorg via financiering per prestatie. Dat geldt zowel voor de artsen als voor de ziekenhuizen. Hoe meer patiënten naar je consultatie komen, hoe meer inkomen je hebt. Kwantiteit boven kwaliteit, in alle opzichten. Curatieve geneeskunde primeert, preventie zit in de onderste schuif.

De overheid staat rechtstreeks in voor 40 procent van de budgetten van de ziekenhuizen. Ze moeten de rest halen bij de artsen die bij hen werken, daarom vragen ze hen een deel van hun inkomen af te dragen. De machine moet dus draaien, hoe meer onderzoeken, hoe meer opbrengst.

Wanneer we dit schrijven is minister Frank Vandenbroucke aan het onderhandelen met de artsensyndicaten over een nieuwe conventie. Conventies zijn prijsafspraken tussen de minister, de mutualiteiten en de artsensyndicaten die ervoor zorgen dat wat de patiënt zelf moet betalen, beperkt blijft. Hij wilde een verbod doorvoeren op het aanrekenen van supplementen voor patiënten met een verhoogde tegemoetkoming, zodat de allerarmsten de zorg niet meer hoeven uit te stellen. Zelfs dat is te veel gevraagd voor het Kartel en BVAS, die vooral de specialisten vertegenwoordigen. Zij schreeuwden moord en brand en broodroof, want je komt aan hun centen!

Steeds meer artsen vragen supplementen aan hun patiënten en in de ziekenhuizen volgen veel specialisten de conventie niet meer, en kunnen rekenen wat ze willen. In crisistijden zoals vandaag, wanneer elke euro telt is dat zeer slecht nieuws.

Om zorg betaalbaar te maken voor iedereen is de eerste stap de afschaffing van de financiering per prestatie.

De ziekenhuizen zouden volledig door de overheid moeten gefinancierd worden. Er kan een enveloppesysteem uitgewerkt worden, naar gelang de kenmerken van de bevolking die rond het ziekenhuis woont en hun gezondheidsbehoeftes.

De artsen die in de ziekenhuizen werken zouden een vast loon krijgen, Sofie Merckx (zelf arts en PVDA-fractieleidster in het federaal parlement) stelt voor hen het inkomen van een universiteitsprofessor te geven. Ze refereert hierbij naar de universitaire ziekenhuizen waar dit systeem al wordt toegepast, waar de artsen naast een vast loon ook een volwaardige sociale bescherming genieten en pensioenopbouw.

De artsen die een privépraktijk hebben zouden ook een vast loon krijgen, afhankelijk van hun opleiding en werklast. Op die manier kunnen ze zich volledig richten op hun job, zonder te moeten vrezen voor hun inkomen of de financiering van hun ziekenhuis. De hele commercie moet uit de gezondheid. Een zuiver openbaar gezondheidsstelsel is de oplossing. Dan kan er eindelijk ook eens werk gemaakt worden van de preventieve geneeskunde, een domein waar België in het Europese peloton helemaal achteraan bungelt.

Een pleidooi voor een solidaire samenleving

We moeten altijd vechten om elke sociale verworvenheid te behouden of uit te breiden. Dit is tegelijkertijd een onrealistische én een veel te bescheiden doelstelling. Onrealistisch als je het wil verwezenlijken binnen het kader van een kapitalistische staat, waarin een onbestaande of minimale sociale zekerheid, als een competitief voordeel wordt gezien. Het wordt een eindeloos gevecht tegen de bierkaai!

Bescheiden omdat alleen al het behoud van de status quo ons dwingt het kapitalisme te overstijgen en de weg naar het socialisme in te slaan. Er is de voorbije 50 jaar veel economische groei geweest, maar ze heeft enkel gediend om de rijken rijker te maken en het milieu te verwoesten! De weg ligt open voor een drastische arbeidsduurvermindering, de democratische planning van de economie en het einde van de onderdrukking. Laat de witte woede de start zijn van een doorgedreven verzet tegen het dolgedraaide systeem!

Tijdschrift Vonk

layout Vonk 322 page 001

Activiteiten

Onze boeken

Onze boeken